Syriërs lopen vast in taal en bureaucratie bij inburgering
Het lukt statushouders uit Syrië niet goed om in te burgeren in Nederland, terwijl ze dat vaak wel graag willen. Ze lopen aan tegen zaken als bureaucratie en taalscholen die ondermaats presteren, staat in een rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).
De onderzoekers vroegen Syriërs naar hun ervaring met het participatiebeleid in Nederland. Een van de dingen die naar voren komen, is dat het leren van de taal lastig is. De markt van taalscholen zou lastig te doorgronden zijn, wat de keuze voor een goede school moeilijk maakt.
Ook hebben veel taalscholen volgens de ondervraagde statushouders hun aanbod niet op orde, leveren ze weinig contacturen en laat de kwaliteit van docenten te wensen over. Verder vragen ze zich af of het A2-niveau dat ze moeten halen wel voldoende is voor de inburgering. De Syriërs zien zelf veel meer in het leren van de taal, terwijl ze aan het werk zijn.
Studeren en netwerken
Daarnaast snappen veel statushouders het Nederlandse spreidingsbeleid niet. Ze zouden volgens het SCP graag zien dat bij de toewijzing van een woonplaats meer rekening wordt gehouden met hun leefstijl, kennis en vaardigheden. Iemand die wil studeren of netwerken, is beter af in de grote stad, is de gedachte.
Veel Syrische vluchtelingen hebben verder het gevoel dat ze in Nederland niet genoeg gewaardeerd worden. Hoogopgeleide Syriërs zeggen tegen het SCP dat ze geregeld te maken krijgen met de stereotype opvatting dat Syrië een onderontwikkeld land is.
In Nederland zijn diploma's van belang om in aanmerking te komen voor een baan of een opleiding, maar door de oorlog in Syrië hebben statushouders vaak geen papieren meer of hun diploma's worden hier niet erkend. De vluchtelingen hebben daarom het gevoel dat hun talent niet voldoende benut wordt.
'Waarschuwing voor minister'
Vluchtelingenwerk herkent de bevindingen van het SCP. "Er is een grote behoefte aan menselijk contact, maar veel Syriërs vinden het moeilijk om contact te leggen met Nederlanders," laat de organisatie weten.
De hoop is gevestigd op het nieuwe inburgeringsbeleid dat volgend jaar in werking treedt. Volgens Vluchtelingenwerk overweegt minister Koolmees daarbij te bezuinigen op de maatschappelijke begeleiding voor vluchtelingen, die vaak door vrijwilligers wordt gedaan. De organisatie noemt het "een grote waarschuwing" aan de minister om er niet aan "te morrelen".