Nieuwe zet in economisch 'actie-reactie-spel' Israël en Palestijnen

Het handelsconflict tussen Israël en de Palestijnen blijft voortduren. Sinds gisteren kunnen de Palestijnen vanuit de Westelijke Jordaanoever geen landbouwproducten meer exporteren. Dat komt doordat Israël de handelsroute met Jordanië heeft geblokkeerd.

Het is de zoveelste actie in een economisch conflict dat afgelopen najaar begon. Sindsdien importeren de Palestijnen geen kalveren en schapen meer uit Israël.

Normaal gesproken exporteren Israëlische veehouders ieder jaar zo'n 140.000 kalveren naar Palestijns gebied. Maar de Palestijnen wilden op economisch gebied minder afhankelijk worden van Israël, legde een regeringswoordvoerder de maatregel destijds uit. Tegen het Palestijnse persbureau WAFA zei hij dat de Palestijnse regering het recht heeft om zelf te bepalen waar ze haar producten vandaan haalt en om daarin te variëren.

Frisdrank en landbouwproducten

Israël zei toen al meteen dat het de "boycot" van de Palestijnen niet zomaar zou accepteren. Wat volgde, is een soort 'actie-reactie-spel' tussen Israël en de Palestijnen, vertelde correspondent Ties Brock vanmorgen in het NOS Radio 1 Journaal. "Eind januari besloot de Israëlische regering bijvoorbeeld Palestijnse landbouwproducten te boycotten. Vervolgens zeiden de Palestijnen: dan gaan wij geen water en frisdrank meer uit Israël importeren."

Daarop blokkeerden de Israëlische autoriteiten gisteren dus de grens tussen Jordanië en het Palestijnse gebied op de westelijke Jordaanoever. "Dat is een brug over de rivier de Jordaan", vertelt Brock. "Door ook die af te sluiten, is de volledige export van landbouwproducten vanuit de bezette Palestijnse westoever onmogelijk geworden."

De exportroutes van de Palestijnen lopen namelijk ofwel via Israël, ofwel via Jordanië aan de oostkant. Beide routes zijn nu afgesloten.

Zowel de veehouders in Israël als de Palestijnse landbouwers hebben veel last van de blokkades over en weer. "Na de Palestijnse importstop gingen Israëlische kalverboeren met hun vee naar het huis van Defensieminister Naftali Bennett, om daar het gras kaal te vreten. Dat konden ze zelf niet meer betalen, zeiden ze."

Maar vooral voor de Palestijnse economie zal de Israëlische blokkade van de landbouwexport hard aankomen, verwacht Brock. "Veel Palestijnen werken in de landbouw en fruit is hun belangrijkste exportproduct. Vooral naar Israël, maar ook naar andere landen in de regio. Denk aan citrusvruchten, dadels en vijgen. En ook hun olijfolie mogen ze nu niet exporteren."

Hoogopgelopen spanningen

Wanneer de handelsruzie eindigt, is moeilijk te zeggen, zegt Brock. "Er kan altijd een volgende stap volgen. Terwijl de twee economieën ondanks het conflict wel erg met elkaar verweven zijn. Voor de Palestijnen speelt die landbouwexport een belangrijke rol, voor Israël geldt dat zij voor een groot deel leunen op het werk van Palestijnse arbeidskrachten. Die verrichten jaarlijks veel werk in het land."

De economische strijd speelt zich af tegen het decor van een toch al gespannen relatie tussen Israël en de Palestijnen. Na de presentatie van het plan van president Trump om hun conflict te beëindigen liepen de spanningen in de regio juist hoog op. De Palestijnen wezen het plan direct af, omdat ze vinden dat de voorstellen van Trump sterk in het voordeel zijn van Israël.

Vorige week werden bij confrontaties met het Israëlische leger vier Palestijnen gedood. Ook vielen bij aanslagen door Palestijnen op Israëlische ordetroepen in totaal meer dan tien gewonden. Een van de aanslagplegers werd gedood.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl