Teamsprinters prolongeren Europese titel, vrouwen pakken brons
De Nederlandse teamsprinters hebben bij de EK baanwielrennen in Apeldoorn de gouden medaille gewonnen. Daarmee losten ze de hoge verwachtingen in.
Roy van den Berg, Harrie Lavreysen en Jeffrey Hoogland zijn regerend Europees en wereldkampioen, maar moesten in het eerste deel van de finale tegen Groot-Brittannië toch iets toegeven op de Britten. Uiteindelijk maakte afmaker Hoogland toch het verschil en zette een razendsnelle tijd op de klokken: 42,151.
Frankrijk versloeg Duitsland in de strijd om het brons.
Onderlinge competitie
Bij de Nederlandse teamsprinters ging het dit EK niet alleen om de titel, maar ook om een plek in de selectie voor de Olympische Spelen in Tokio. Met Van den Berg, Hoogland (vice-wereldkampioen sprint), Lavreysen (wereldkampioen sprint) en Matthijs Büchli (de wereldkampioen op de keirin) beschikt Oranje immers over vier absolute toprenners voor drie plekken.
In Apeldoorn mochten Büchli en Hoogland de benen testen: ze kregen beiden een keer de kans als derde man en de snelste zou ook de finale rijden.
Met Büchli als afmaker (hij reed rond in 12,9 seconden) reed Nederland in de kwalificaties al de snelste tijd (42,661). In de tweede ronde werd Büchli vervangen door Hoogland, die er met 12,6 nog een schepje bovenop deed (42,338) en zo een plek in het finaletrio afdwong.
In die finale liet Hoogland met een verbluffend snelle 12,547 zien dat hij in uitstekende vorm is. "Een persoonlijk record op mijn ronde", constateerde Hoogland nuchter. "En dan kun je winnen. Er waren hoge verwachtingen, maar dan moet je het nog maar laten zien."
"Mijn tijd was al goed, maar Jeffrey doet het nog een stuk beter", constateerde Büchli lachend, met de gouden medaille om de hals.
Ook Lavreysen imponeerde met een razendsnelle tussenronde van 12,1. "Dat heb ik op het WK ook gereden, maar daar waren de omstandigheden beter. Die fiets is gewoon fantastisch, misschien lag het daar wel aan."
De prestaties van vanavond beloven in ieder geval veel voor de komende dagen. "Niet normaal", vond ook Van den Berg. "We hebben laten zien dat we de baas zijn in eigen huis. En er komt nog meer aan. Echt waar."
"Ik denk dat we nog steeds beter kunnen", beaamde Hoogland, "dus dat belooft wat richting Tokio."
Brons voor Lamberink, Braspennincx en Van der Peet
De Nederlandse teamsprintsters stonden ook op het podium. Kyra Lamberink en Shanne Braspennincx versloegen Litouwen in de strijd om het brons. Lamberink zette het Nederlandse duo op het goede spoor, waarna Braspennincx in 33,032 naar het brons snelde.
Dat was iets langzamer dan de 32,996 in de tweede ronde, waarmee ze slechts een fractie langzamer waren dan Duitsland. "Dat is wel echt zonde", vond Lamberink. "Zeker als je in de troostfinale nogmaals sneller rijdt dan Duitsland, dan baal je wel. Maar we mogen ook tevreden zijn met deze plak."
De bronzen medaille komt ook toe aan de pas 20-jarige Steffie van der Peet, die met Lamberink de kwalificaties voor haar rekening nam. "Een superdag", zei ze dan ook met een grote glimlach.
Het goud was voor het Russische duo Vojnova/Sjmeleva, die de Duitsen in de finale ruimschoots voorbleven. Voor Darja Sjmeleva en Anastasia Vojnova is het de vijfde Europese titel op rij.