Journalist wordt kloosterbroeder: 'Mijn habijt leidt tot mooie gesprekken'
In het leven van Michael-Dominique Magielse is niet een specifiek moment aan te wijzen waarop hij dacht: nu weet ik het. Of zoals hij het zelf zegt: "Er waren geen engelen met trompetten die in mijn oor hebben getoeterd." Toch zet de 48-jarige Magielse vandaag een stap die zijn leven verandert. Hij treedt officieel in bij de broeders van het dominicanenklooster in Rotterdam.
Hieronder vertelt Magielse waarom hij het klooster is ingegaan:
Magielse, die jarenlang in de journalistiek werkte, is daarmee een van de ruim 3800 kloosterlingen in Nederland. Dat aantal daalt snel: twee jaar geleden waren er nog bijna 4300 'religieuzen', zoals de broeders, zusters en priesters zichzelf noemen.
"Het gaat redelijk hard", zegt Erica op 't Hoog van de Konferentie Nederlandse Religieuzen (KNR). Er treden ieder jaar dan wel zo'n 10 tot 15 nieuwe kloosterlingen in, maar dat weegt niet op tegen het aantal sterfgevallen, zegt zij. "Een groot deel van de kloosterlingen is ouder dan 80."
De verwachting is dat er over vijftien jaar nog 600 à 1000 kloosterlingen over zijn. Jammer, vindt Op 't Hoog, maar de daling past volgens haar bij deze tijd. "Het is geen voor de hand liggende keuze meer om het klooster in te gaan."
Carrièreswitch
Waarom maakt Magielse die keuze wel? "Het zaadje werd geplant in mijn jeugd", zegt hij. "Ik ben katholiek opgevoed, zong in het kinderkoor en vond het heel interessant om te zien wat er allemaal bij het altaar gebeurde." De kerk riep bij Magielse een bepaald gevoel op. "Ik verlangde er iedere keer weer naar terug."
Maar eerst volgde Magielse een ander pad: dat van journalistiek en media. "Ik was helemaal gek van radio, kende de stemmen van alle nieuwslezers en filelezers." In 2005 zette de doop van zijn nichtje hem toch op het spoor van een carrièreswitch. "Ik kreeg weer dat gevoel uit mijn jeugd en wilde onderzoeken waar die onrust vandaan kwam. Dat heeft uiteindelijk geleid tot mijn gang naar het klooster."
Een medebroeder heeft bijvoorbeeld de marathon gelopen, terwijl wij hem in habijt stonden aan te moedigen.
Mooi aan het kloosterleven vindt Magielse de gemeenschapszin. "Je deelt je leven met gelijkgestemden." Hoewel hij vandaag pas de zogeheten eeuwige geloften aflegt, woont Magielse al vier jaar in het klooster - dat hoort bij de intredingsprocedure (zie ook tekstkader).
En wie denkt dat de Rotterdamse dominicanen zich verstoppen binnen de kloostermuren, heeft het mis. "Ons klooster staat midden in Rotterdam en we zoeken ook echt de verbinding met de stad. Een medebroeder heeft bijvoorbeeld de marathon gelopen, terwijl wij hem in habijt stonden aan te moedigen. En een andere broeder is studentenpastor."
Zelf werkt Magielse nog drie dagen in de week aan de Universiteit van Tilburg, waar hij in zijn habijt naartoe reist. "Ik was eerst wel beducht voor hoe mensen daar in de metro op zouden reageren, maar ik heb er nog nooit een vervelende opmerking over gehad. Eerder leidt mijn habijt tot mooie gesprekken."
In Tilburg doet Magielse promotieonderzoek naar de digitale samenleving en de kerkelijke liturgie. "Een combinatie van mijn oude en nieuwe leven." Ook sommige medebroeders van Magielse hebben een baan. Hun salarissen gaan in de huishoudpot, voor de boodschappen. "Er moet wel brood op de plank."
Misbruik
Magielse noemt het kloosterleven "dynamisch", maar hij weet wel wat hij opgeeft. En sommige dingen doet hij als dominicaan niet meer zo snel. "Met een biertje heb ik geen problemen, maar ik zal in mijn habijt geen vijf glazen drinken. Ook zal ik niet snel vloeken in het openbaar. Je bent je bewust van wat je uitstraalt en vertegenwoordigt."
Dat bewustzijn is nog eens versterkt door de schandalen die aan de katholieke kerk kleven, vindt Magielse, zoals het misbruik van minderjarige kinderen. "Zomaar in habijt op de foto gaan met een kind is in de ogen van sommige mensen al verdacht. Je bent je heel erg bewust van de beeldvorming die je creëert. Dat gaat ten koste van je onbevangenheid en onbezorgdheid, maar het is wel noodzakelijk. We moeten te allen tijde voorkomen dat zoiets opnieuw gebeurt."