Ollongren: goede afspraken over handhaving boerkaverbod
Minister Ollongren vindt dat het boerkaverbod er niet toe moet leiden dat werknemers in het openbaar vervoer, de zorg en het onderwijs in de problemen komen. In de Tweede Kamer waren de regeringspartijen VVD en CDA en de oppositiepartijen PVV en SGP er kritisch over dat er nog weinig lijkt te zijn opgetreden tegen mensen die het verbod op het dragen van gezichtsbedekkende kleding in het openbaar vervoer, de zorg, het onderwijs of overheidsgebouwen overtreden. De wet, waarin het verbod is geregeld, is sinds 1 augustus van kracht.
Ollongren benadrukte dat de handhaving van de wet een taak is van de politie en niet van werknemers in bijvoorbeeld de zorg of het OV. Volgens haar zijn de instructies daarover helder en zijn er goede afspraken over gemaakt, die alleen in de praktijk nog beter moeten worden toegepast. De minister zei verder dat we in een fase van gewenning zitten en dat daarbij hoort dat er wel eens iets niet goed gaat.
Buschauffeur
Kamerleden waren onder meer verbaasd over een vervoersbedrijf dat een buschauffeur in Limburg terugfloot die niet verder wilde rijden toen een vrouw met een nikab de bus weigerde te verlaten. Ollongren zei dat van een chauffeur wordt verwacht dat hij de overtreder aanspreekt, maar dat hij moet proberen andere passagiers niet de dupe te laten worden. "Dat kan ook heel goed in overleg met de politie", voegde ze eraan toe.
VVD, CDA, PVV en SGP zetten vraagtekens bij de manier waarop de wet de eerste maand is uitgevoerd. VVD-woordvoerder Wiersma zei dat het verbod op gezichtsbedekkende kleding in openbaar vervoer, zorg, onderwijs en overheidsgebouwen wat hem betreft een eerste stap is naar een algemeen verbod op het dragen van zulke kleding in de hele openbare ruimte. Hij is "stomverbaasd" dat de instructies kennelijk niet helder zijn. Wiersma sprak van een gedoogbeleid.