Voorlopig geen ingreep in passend onderwijs, ondanks kritiek
Het systeem voor hulp aan leerlingen met psychische en lichamelijke problemen verandert voorlopig niet. Minister Slob voor Basis- en Voortgezet Onderwijs vindt het ondanks stevige kritiek van Kamerleden, leraren en ouders, nog te vroeg voor ingrijpende veranderingen. "Het is niet zo dat het overal misgaat", zei minister Slob in de Tweede Kamer. "Er wordt met man en macht aan gewerkt."
Het passend onderwijs is in 2014 ingevoerd om zorgleerlingen in een 'gewone' klas te helpen en niet op een aparte school te plaatsen. Nu, vijf jaar later, zijn er nog steeds problemen: er zijn te veel thuiszitters, ouders weten niet hoe ze hulp kunnen vinden en er wordt geklaagd over te veel bureaucratie.
Nul op het rekest
Leraren kampen ook met problemen, zo bleek vorige week uit een enquête die onderwijsvakbond AOb hield onder ruim 5000 leraren in het basisonderwijs, het voortgezet onderwijs en het speciaal onderwijs. Er is veel onduidelijkheid, de werkdruk is toegenomen en leraren kunnen de benodigde ondersteuning niet geven.
In de Tweede Kamer is kritiek op het systeem, niet alleen bij oppositiepartijen SP, PvdA, GroenLinks en PVV. Ook de regeringspartijen VVD, CDA en D66, die vorig jaar al om actie vroegen, blijven ontevreden. Zij vinden het bijvoorbeeld niet goed dat er ruim 200 miljoen euro op de plank ligt bij de zogenoemde samenwerkingsverbanden.
Dit zijn onderwijsbesturen die de hulp aan de zorgkinderen moeten organiseren. Er zijn grote verschillen tussen de 151 samenwerkingsverbanden; sommigen zorgen dat er snel geld geregeld is voor bijvoorbeeld extra begeleiding of hulp van een leerlingen, bij anderen krijgen scholen en ouders nul op het rekest.
Wat passend onderwijs is en welke problemen ermee zijn, zie je in deze video:
Regeringspartij VVD was stellig en zei dat het passend onderwijs "onvoldoende werkt". "We moeten iets doen en niet alleen pleisters plakken", aldus Kamerlid Heerema. D66 eist dat scholen nog dit jaar het vastgezette geld krijgen. "Het is ondoelmatig en misschien wel onrechtmatig dat dit geld opgepot wordt", zegt D66-Kamerlid Van Meenen.
Ook CDA'er Rog maakte duidelijk dat de minister hier werk van moet maken. Minister Slob benadrukt dat hij die samenwerkingsverbanden nu niet kan dwingen. "Ik kan niet zomaar naar zo'n samenwerkingsverband stappen en zeggen: kom hier met dat geld". Hij wil nog "indringende" gesprekken voeren.
Met emmertjes water de brand blussen
Ook voelt de minister er niets voor om nu wettelijk vast te leggen wat iedere school minimaal voor zorg aan een leerling moet aanbieden, de zogenoemde basisondersteuning. In het voorjaar van 2020 komt een evaluatie van het passend onderwijs en dan kan dit bekeken worden, zegt Slob. Hij vindt dat er ondertussen wel hard wordt gewerkt aan het oplossen van allerlei problemen. "We zitten niet op onze handen. Alles wat we kunnen doen, doen we."
SP-Kamerlid Kwint sprak zijn waardering uit voor de bevlogenheid waarmee de minister gesprekken voert met allerlei betrokkenen. "Maar ik heb toch het gevoel dat het huis in brand staat en de minister op zolder nog mensen spreekt die met emmertjes water de brand proberen te blussen."
Volgende week kan de Tweede Kamer via moties minister Slob nog dwingen om van koers te veranderen, maar het is nog onduidelijk of een van de voorstellen een meerderheid haalt.