'Parijse brandweer heeft in Notre-Dame gered wat er te redden viel'
Met 400 brandweermannen lukte het de Parijse brandweer vanochtend om na ruim twaalf uur de brand te blussen die de Notre-Dame zwaar beschadigde. Nu de rook is opgetrokken, staat de kathedraal nog overeind en lijken de belangrijkste kunstwerken gered van de vlammen.
"Ze hebben gered wat ze konden redden en daarmee hebben ze goed gehandeld", zegt René Hagen, lector brandpreventie bij de Brandweeracademie, over het optreden van de brandweer.
Want als een eeuwenoud bouwwerk met houten raamwerk in brand vliegt, draait het vooral om de schade zo beperkt mogelijk te houden, stelt hij.
De brandweer heeft ook zelf beelden van de brand en het blussen vrijgegeven:
Toen Hagen gisteravond de kathedraal in lichterlaaie zag staan, wist hij meteen dat het dak verloren was. "Daar kun je met geen mogelijkheid meer iets tegen doen. Het is veel te hoog en je krijgt er nooit genoeg bluswater op om het te koelen. Dat wisten ze zelf waarschijnlijk ook. Dat ze toch met alle macht bleven blussen, is ook een beetje voor de bühne, denk ik. Anders wordt gezegd dat ze niets doen."
Dat de constructie overeind bleef, verbaasde hem niet. Het neemt niet weg dat met de verkeerde aanpak de Notre-Dame er helemaal niet meer was geweest, doordat bijvoorbeeld de muren dan te heet waren geworden. "Je zag ze vanochtend ook nog water op de muren spuiten, puur om de constructie te koelen", zegt Hagen.
Volgens hem hebben de Parijzenaars tactisch goed gehandeld door het vuur weg te houden van de twee stompe torens. "Mogelijk is dat met blusrobots in de kathedraal gebeurd", zegt hij. Daarnaast zijn drones en warmtecamera's ingezet om de ontwikkeling van de brand nauwgezet te volgen.
Zo beleefde Parijs de brand:
De lector denkt dat de professionele organisatie van de Parijse brandweer - een van de grootste brandweerkorpsen ter wereld - voordelig is geweest bij het bestrijden van de brand. De brandweer in Parijs valt als een van de weinige korpsen van Frankrijk onder het leger. Brandweermannen worden als militair opgeleid voor het vak.
"Dat is een overblijfsel uit de Napoleontische tijd", zegt Hagen. "Ik zie ze ook vaker risico nemen. Bij appartementsbranden zie je brandweermannen tijdens een hevige brand alsnog met de ladder naar boven klimmen. En gisteren stonden ze kort na het uitbreken van de brand ook al in de goot van de kap."
Bij branden in monumenten zijn negen op de tien keer werkzaamheden de oorzaak.
Maar meer konden ze ook niet doen, benadrukt Hagen. De inzet van blushelikopters of -vliegtuigen, zoals de Amerikaanse president Trump tipte, zou de constructie mogelijk alleen maar verzwakt hebben vanwege het gewicht van het water.
Hagen verwacht dat het vizier nu op de oorzaak van de brand wordt gericht. "Bij branden in monumenten zijn negen op de tien keer werkzaamheden de oorzaak. Dat lijkt nu ook weer het geval. Het is essentieel dat er permanent toezicht wordt gehouden op zo'n locatie, ook als de bouwvakkers zijn vertrokken. Ik denk dat de aannemer slecht heeft geslapen."