De veerboot die tussen Vlissingen en Breskens vaart

Spaarpotten van meeste provincies overvol, maar die van Zeeland is leeg

  • Mitchell van de Klundert

    redacteur Online

  • Mitchell van de Klundert

    redacteur Online

De een heeft miljarden op de bank, de andere 'slechts' miljoenen. Er zijn grote verschillen tussen de spaarpotten van de provincies, blijkt uit een rondgang van de NOS.

Zeeland is de provincie met de kleinste spaarpot. De financiële reserve van de provincie bestond vorig jaar uit zo'n 14 miljoen euro. Dat lijkt heel wat, maar het is weinig als je weet dat de provincie vorig jaar 238 miljoen uitgaf. Door de lage reserve kan de provincie zich extra uitgaven aan cultuur en het openbaar vervoer niet permitteren.

'Ik moet vaak lang wachten'

Dat merken ze onder andere in Zeeuws-Vlaanderen, het zuidelijkste deel van de provincie. Studenten en scholieren uit die regio zijn aangewezen op een veerboot die ze over de Westerschelde naar Vlissingen vaart. Het lage aantal afvaarten vinden ze een groot probleem. "Het komt vaak voor dat ik lang moet wachten, vooral 's middags, dan vaart hier maar één boot per uur", zegt studente Dagmar Vriends (19) uit Breskens.

En dat is niet het enige probleem met de boot. "De ferry is ook duurder geworden, want we moeten sinds vorig jaar betalen voor het meenemen van onze fiets of scooter", zegt student Barry Vermeulen (20). Onder de Zeeuwen klinkt meer kritiek op het openbaar vervoer in de provincie: busverbindingen doen steeds minder kleine dorpen aan of vertrekken maar weinig, bovendien sluiten ze niet goed aan op de vertrektijden van treinen. Bij een verkiezingsdebat in Middelburg vroegen studenten ook om snellere intercity-verbindingen.

Dagmar Vriends en Barry Vermeulen in de veerbootterminal

Statenlid in Zeeland Ton Veraart (D66) ziet het openbaar vervoer niet als het grootste slachtoffer van de kleine spaarpot in Zeeland. Op de veerboot zitten immers steeds minder passagiers, terwijl er jaarlijks al miljoenen aan worden uitgegeven.

Veraart noemt onderwijs en de cultuur- en erfgoedsector de plaats waar de hardste klappen vallen. "Als de provincie meer geld had gehad, hadden ze meer kunnen steken in een campus voor het hoger onderwijs. Ook is er nu te weinig geld beschikbaar om de Oostkerk, een prachtig erfgoed in Middelburg, een nieuwe bestemming te geven."

Twaalf provincies met 14 miljard spaargeld

In de meeste andere provincies zijn de spaarpotten veel voller. Uit de begrotingen en reserves over 2018 die alle twaalf provincies hebben verstrekt aan de NOS, blijkt dat de provincies samen zo'n 14 miljard aan spaargeld op de bank hebben staan. Noord-Brabant is een van de rijkere, maar Gelderland steekt er wat betreft reserve met kop en schouders bovenuit. Die provincie had vorig jaar een reserve van 4,4 miljard euro.

  • NOS
    Financiële reserve per provincie
  • NOS
    De financiële reserve per inwoner

De begroting van alle twaalf provincies samen bedroeg in 2018 zo'n 7,1 miljard euro. Volgens het CBS werd een derde deel van dat bedrag besteed aan verkeer en vervoer. Bijvoorbeeld het onderhoud van wegen of verzorgen van het openbaar vervoer in de provincie. Verder gaat zo'n tien procent van de begroting naar natuurbeheer. Acht procent gaat naar het stimuleren van de regionale economie door bijvoorbeeld fondsen en opleidingen. Voor cultuur en maatschappij (erfgoed herstellen bijvoorbeeld) wordt gemiddeld zo'n 6 procent uitgetrokken.

De inkomsten van de provincies komen voor een groot deel van het Rijk, via het provinciefonds. Verder komt zo'n kwart van de inkomsten uit de zogenoemde opcenten die worden geïnd via motorrijtuigenbelasting.

Ook de eigen spaarpot moeten worden aangesproken om de jaarbegroting rond te krijgen. De provincies zijn dus aan het interen op hun reserves. Volgens het Interprovinciaal Overleg (IPO) ging het in 2018 om een totaalbedrag van 600 miljoen euro dat de provincies samen uit hun reserve moesten halen.

Rijk door verkoop van aandelen

De ene provincie is zoals gezegd een stuk rijker dan de andere. De belangrijkste reden voor dit verschil is de lucratieve verkoop van aandelen die verschillende provincies hadden in energiemaatschappijen. Andere provincies hadden geen aandelen of, zoals in het geval van Zeeland, maakten de keuze de aandelen niet te verkopen.

Voor de Zeeuwen kwamen daar nog een paar financiële tegenvallers bij, zegt Gedeputeerde Statenlid Jo-Annes de Bat, die gaat over de financiën. "Onze energiemaatschappij Delta maakte een tijd geen winst waardoor we geen dividend meer kregen uitgekeerd. Ook kostte het opruimen van de failliete fosforfabriek Thermphos miljoenen."

Jo-Annes de Bat

Andere partijen en regionale media wijzen nog op een andere zaak die de spaarpot van Zeeland geen goed zou hebben gedaan: de aanleg van een groot infrastructuurproject rondom de Sloeweg ter waarde van zo'n 60 miljoen euro. Omroep Zeeland schreef onlangs dat er bij het project verschillende fouten zijn gemaakt die de provincie tientallen miljoenen euro's extra hebben gekost.

Wel/geen miljarden voor energietransitie

De kleine spaarpot betekent niet dat er niets meer kan in Zeeland, benadrukt gedeputeerde De Bat. "We proberen met het weinige geld dat we over hebben goed te besteden, bijvoorbeeld in sport, want dat vinden we ook belangrijk."

Volgens De Bat ziet het er financieel voor Zeeland de komende jaren wat rooskleuriger uit. Wel maakt hij zich zorgen over het behoud van cultureel erfgoed en de energietransitie. Zo zou hij het liefst elektrische ferry's kopen die de veerboot bij Vlissingen moet vervangen, maar daar is nu nog te weinig geld voor.

De Zeeuwse energietransitie staat daarmee in een schril contrast met bijvoorbeeld Gelderland: daar willen verschillende partijen na de Provinciale Statenverkiezingen juist meerdere miljarden uit de spaarpot steken in de energietransitie.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl