NOS Nieuws

Niet zeker wie baby Jairo mishandelde, dus dan maar vrijspraak?

"Komen ze hier mee weg? Hebben deze rechters geen kinderen? Hopeloos."

Het is een van de vele reacties vol onbegrip op het nieuws dat zowel de vader als de moeder van baby Jairo uit Arnhem in hoger beroep is vrijgesproken.

De acht maanden oude baby overleed in 2010 nadat hij ernstig was mishandeld. Jairo had bloeduitstortingen, een gebroken been, gebroken ribben en ernstig buikletsel.

Veel mensen kunnen niet begrijpen dat het gerechtshof nu tot een ander oordeel komt dan de rechtbank indertijd. Die veroordeelde de 29-jarige vader in 2016 tot een gevangenisstraf van 3 jaar en 10 maanden. De 28-jarige moeder werd toen ook al vrijgesproken.

De reden van de vrijspraak vandaag is dat het hof wil "voorkomen dat een onschuldige wordt veroordeeld". De rechtbank achtte de vader schuldig omdat hij vaak alleen thuis was met het kind, maar het hof vindt dat dat argument geen stand houdt. "Het enkele gegeven dat de moeder vier dagen per week (acht uur per dag) aan het werk was, kan haar immers geenszins als dader uitsluiten", staat in de uitspraak te lezen.

Soms zijn er situaties waarbij je zegt: het stinkt aan alle kanten, maar er is geen bewijs.

Theo de Roos, emeritus-hoogleraar strafrecht

"Ik snap de frustratie", zegt emeritus-hoogleraar strafrecht Peter Tak van de Radboud Universiteit. "De uitspraak roept enige verbazing op. Er zijn wel vaker mensen veroordeeld op nog zwakker bewijs. Als ze het hadden gewild, had het gekund, en dan had de Hoge Raad erover kunnen oordelen."

Het OM gaat nog beslissen of het in cassatie gaat bij de Hoge Raad. Maar als het ervan komt, verwacht Tak geen grote verrassingen. "De Hoge Raad kijkt of het recht misschien op een verkeerde manier is toegepast. Dat zie ik hier niet direct."

Tak ziet dat er de laatste jaren vaker vrijspraak volgt omdat de rechter niet kan vaststellen wie de schuldige is. Dat gebeurde bijvoorbeeld in eerste instantie in de Nijmeegse scooterzaak, waarbij twee mannen in 2010 op de vlucht voor de politie een man doodreden. Beiden ontkenden de scooter te hebben bestuurd. En in 2007 was er vrijspraak in de drievoudige moord op leden van motorclub Nomads, omdat niet duidelijk was wie er geschoten had.

"Als partijen echt zwijgen, dan is dat een gigantisch probleem", zegt Tak. "Dan worden zaken soms niet opgelost en dat is onverteerbaar. Maar in plaats van dat de rechter zegt: we willen geen onschuldigen veroordelen, kunnen ze ook zeggen: luister, in dit soort zaken biedt het recht geen oplossing."

Het onderstreept volgens Tak nog eens hoe belangrijk het politieonderzoek is. "De politie en het OM moeten nog beter onderzoek doen naar de vraag wie eigenlijk de dader is."

Onschuldig veroordeeld

Ook vakgenoot Theo de Roos herkent het dilemma waar het gerechtshof mee zat. Tot zijn pensioen was hij plaatsvervangend rechter en vaak genoeg heeft hij met zaken gezeten waar niet genoeg bewijs was voor een veroordeling. "Er zijn altijd grenssituaties waar je je het hoofd over breekt. Soms is moeilijk te bepalen wat bewezen is en wat niet. Er zijn situaties waarbij je zegt: het stinkt aan alle kanten, maar er is geen bewijs."

Maar aan de andere kant wil je ook geen strafrecht waarin verdachten zelf moeten bewijzen dat ze iets níet hebben gedaan, stelt De Roos. "Dat is de andere kant van de medaille. Als iemand onschuldig wordt veroordeeld, is dat ook afschuwelijk."

Uniek voor Nederland is de discussie niet, zegt hoogleraar Laura Peters. Ze onderzocht hoe medeplichtigheid wordt bestraft in Duitsland, Frankrijk, Italië en Oostenrijk. Ook daar leiden dit soort complexe zaken niet altijd tot een veroordeling.

"Deze kwesties spelen in die landen ook", zegt Peters. "En dat leidt tot dezelfde maatschappelijke ophef, want het is ook moeilijk uit te leggen. Maar als er geen bewijs is, kan de rechter niet anders."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl