Sponsorloze sprinters hebben stress: 'Schaatsen is nu een soort hobby'
Het nieuwe schaatsseizoen nadert met rasse schreden, maar vier Nederlandse topsprinters zitten nog altijd zonder sponsor. En dat zorgt voor behoorlijk wat stress bij Kai Verbij, Dai Dai Ntab en de gebroeders Michel en Ronald Mulder.
Het kwartet traint momenteel in het Zuid-Duitse Inzell. Vorig jaar reden ze daar rond in de pakken van hun goedbetalende Plantina-ploeg, met dromen over de Olympische Spelen in Pyeongchang. Dit jaar zijn de mannen te herkennen aan hun zwarte pakken, zonder sponsornaam, met zorgen over de nabije toekomst.
"Het is een rare situatie dat wij als team, met zulke goede sporters en de resultaten die we afgelopen seizoen hebben geleverd, nog geen sponsor hebben", vertelt Nederlands kampioen Ntab.
'Bepaald soort irritatie'
En het veroorzaakt stress, geeft wereldkampioen Verbij toe: "We hebben het er niet vaak over, maar als we het erover hebben komt er toch een bepaald soort irritatie naar boven. Het is gewoon een grote extra zorg. En daarnaast komt er gewoon geen geld binnen. Schaatsen is nu eigenlijk een soort hobby geworden."
De 'Men in Black' zijn opgevangen in een trainingsgroep die wordt betaald door schaatsbond KNSB en sportkoepel NOC*NSF. De regeling zou aanvankelijk tot 1 oktober gelden, maar de KNSB besloot onlangs de voorziening voor sponsorloze schaatsers voor de rest van het seizoen te verlengen. Het gaat daarbij om basisfaciliteiten; zodra schaatsers ergens onderdak hebben gevonden, houdt de ondersteuning op.
Gesprekken
Gesprekken met ploegen en sponsors zijn er wel geweest. Zo heeft Ntab contact gehad met Lotto-Jumbo. "Maar ik heb gewoon deze keuze gemaakt. Ik ben hier nog niet uitgeleerd en ik wil graag met deze ploeg trainen."
"Ik heb ook wel iets goed te maken", stelt Ntab, die Pyeongchang misliep door twee valse starts tijdens het OKT. "Ik wil gewoon laten zien dat ik hier heel hard kan schaatsen. Maar dat het er nu zo uitziet, had eigenlijk niemand verwacht."