Opnieuw extra zoet water ingezet tegen verzilting
Het zoute water vanuit zee komt door de droogte en de lage waterstanden in de rivieren steeds verder landinwaarts. Volgens Rijkswaterstaat wordt er ten oosten van Rotterdam meer verzilting geconstateerd. Het gaat daarbij om de monding van de Lek bij Kinderdijk en de monding van de Hollandse IJssel bij Krimpen aan den IJssel.
Rijkswaterstaat neemt nu maatregelen om te voorkomen dat het zoute water nog verder stroomopwaarts het land in komt. Door meer zoet water vanuit de Lek richting Rotterdam te sturen moet het zout worden teruggedrongen. Daarvoor wordt de stuw bij Hagestein, dicht bij Nieuwegein, verder opengezet. Normaal gaat daar acht kubieke meter water per seconde doorheen. Dat worden er nu dertig.
Extra water uit de Waal
Die maatregel zorgt voor een kettingreactie, want dat extra water moet ergens vandaan komen. Dat gebeurt bij Tiel. Daar wordt het extra water vanuit de Waal ingelaten via de Prins Bernhardsluizen in het Amsterdam-Rijnkanaal dat in verbinding staat met de Lek.
Dat heeft weer gevolgen voor de scheepvaart. Die kan vanwege de veiligheid geen gebruik meer maken van de sluizen bij Tiel. Schepen vanuit Duitsland richting Amsterdam moeten omvaren via de Neder-Rijn.
Hoelang de sluizen gestremd blijven is niet bekend. Rijkswaterstaat meet de komende dagen de effecten van de maatregelen op de verzilting. De afgelopen week zijn ook op andere plekken maatregelen genomen, zoals rond het Noordzeekanaal en het Amsterdam-Rijnkanaal.