Nederlander dakloos met 80 kinderen na verwoesting opvang Lombok door beving
Anna Mees
redacteur Online
Anna Mees
redacteur Online
Zijn hele opvangcentrum op West-Lombok is door de aardbeving in elkaar gestort en nu ligt hij met tachtig slapende kinderen op een basketbalveld.
De Nederlander Chaim Fetter heeft op het eiland huizen en een school voor straatkinderen. "Het is één grote ellende. Je bouwt iets op in dertien jaar tijd en in nog geen tien seconden is het kapot. Maar gelukkig zijn alle kinderen ongedeerd."
Alle kinderen waren namelijk aan het bidden in de moskee, een open ruimte, toen het eiland trilde en schudde. Fetter stond in de deuropening van het kantoor van zijn stichting Peduli Anak. Hij hield zijn handen boven zijn hoofd om zich te beschermen tegen rondvliegend puin. "Als de kinderen niet in de gebedsruimte zouden zijn geweest, waren er een heleboel slachtoffers gevallen."
Bij iedere naschok waren ze heel erg overstuur en aan het huilen.
Hij is behoorlijk geschrokken en emotioneel, vertelt hij door de telefoon. En zo ook de kinderen, die tussen de anderhalf en de 18 jaar oud zijn en eerder werden verwaarloosd, misbruikt en geëxploiteerd. "Er waren een hele hoop naschokken. Daar hebben we ze voor gewaarschuwd en we stelden ze gerust, maar bij iedere naschok waren ze heel erg overstuur en aan het huilen."
Van de vier woonhuizen is er één helemaal ingestort, van een ander kwam het dak naar beneden, bij het derde een aantal muren. Bij het laatste staan nog een paar muren overeind, maar het is niet veilig meer. Overal liggen dakpannen en ander puin. Omdat de elektriciteit is uitgevallen, hebben Fetter en zijn medewerkers en vrijwilligers een paar zaklantaarns opgehangen.
We spraken met Chaim Fetter via Skype. Hij vertelt dat de kinderen erg overstuur waren door de aardbeving. Ook laat hij zien dat het opvangcentrum is ingestort:
De aardbeving gebeurde nog maar een paar uur geleden, maar nu de kinderen slapen, denkt Fetter na over hoe het verder moet. Het eerste dat hij nodig heeft, is een tent. "Dan hebben we in ieder geval beschutting. Morgenochtend gaan we inventariseren wat nog een beetje bruikbaar is. Maar het ziet er niet best uit. Bij de opbouw hebben we hulp nodig, want als kleine stichting hebben we nauwelijks geld."
Tijdens het telefoongesprek komt er nog een naschok en beginnen een paar kinderen te huilen. "Dit was een hele flinke. Maar gelukkig liggen we in de open lucht en kan er niks op ons vallen."
Met scooters omhoog
Arnold Scholte is in het het zuiden van het eiland. Hij was buiten een hotel aan het lezen en zwemmen toen zijn vakantie ruw werd verstoord door de aardbeving. Zijn kinderen van 15, 17 en 19 waren op dat moment binnen. "Ze keken heel verschrikt. Het was echt aan het schudden, je zag het hele gebouw op en neer gaan en het water in het zwembadje ook. Dat duurde een seconde of 15".
Toen hij om zich heen keek, bleek bijna al het personeel weg te zijn, op een jongen van de beveiliging na. Die zei dat de gasten eigenlijk het terrein af moesten gaan omdat er misschien een tsunami zou komen en ze dicht bij zee zitten. "Ik vond dat niet waarschijnlijk omdat we aan de zuidkant zitten en het epicentrum van de aardbeving in het noorden was.
Vanuit het dorp zagen Scholte en andere toeristen veel bewoners op scooters richting de bergen gaan. "Ze reden als gekken omhoog en in het dorp was bijna niemand meer. Winkels en restaurants waren onbeheerd, iedereen was weggerend."
De familie is enorm geschrokken. "We zitten een beetje beduusd te kijken van 'wat moeten we nu?'. Het is een heel gekke gewaarwording. We hopen dat we morgenochtend kunnen terugvliegen naar Bali. Deze vakantie gaan we niet snel vergeten. Sowieso niet omdat het hier zo mooi is, maar ook door het natuurgeweld."