Mollema tevreden: ik ben blij dat ik er goed bij zat

Terwijl Tom Dumoulin boos doorreed na de finish in Mûr de Bretagne - hij had veel tijd verspeeld door een kapotte spaak - kon Bauke Mollema terugkijken op een uitstekend optreden in de zesde etappe van de Tour de France. Na de lastige slotklim was hij als zevende over de streep gegaan, op drie seconden van de Ierse ritwinnaar Daniel Martin.

"Het was afzien", bekende hij, nog hevig uithijgend van het "pittige klimmetje" en schattend dat zijn hartslag richting de 190 was gegaan. "Het was zo explosief, ik moest zo diep gaan."

Maar tevredenheid overheerste bij de kopman van Trek, die een pluim uitdeelde aan zijn ploegmaten. "Ik werd de laatste vijftig kilometer perfect voorin gehouden. Dat was ideaal. Ik had goede benen, goede power. Maar het is lastig om explosieve mannen als Daniel en Valverde te kloppen. Meer dan de toptien zat er niet in. Ik ben blij dat ik er goed bij zat."

Steven Kruijswijk leverde twaalf tellen in op het laatste stuk omhoog. "Het was erg lastig", zei de troef van Lotto-Jumbo. "Die laatste klim is zo steil in het begin. Maar in het rondje na de eerste doorkomst was bijna net zo veel strijd als in de slotklim zelf. Smalle wegen, een afdaling. Je wilt bij de eersten de klim opdraaien, maar dat willen er nog meer natuurlijk. Dat was het spelletje vandaag: van voren zitten en dan zo hard mogelijk omhoog. Helaas verloor ik wat tijd."

Dat Dumoulin kort voor de slotfase tegen averij was aangelopen - de kopman van Sunweb verloor in totaal dik een minuut - had Kruijswijk onderweg niet meegekregen. "Nee, ik hoorde alleen maar gevloek en getier in die laatste afdaling. En piepende remmen en slippende banden. Dan is het alleen maar voor je kijken en opletten dat je niet onderuit gaat."