Ooggetuigen: slachtoffers aanrijding Pinkpop zaten op onverlichte weg
De slachtoffers van de aanrijding van gisteren bij het Pinkpopterrein zaten in een kring op een onverlichte weg. Dat zeggen twee ooggetuigen die de groep festivalgangers hebben zien zitten. Bij de aanrijding viel een dode en raakten drie mensen zwaargewond.
Een van de getuigen is een taxichauffeur die heen en weer reed over de weg waar het ongeluk gebeurde. Hij zag dat de groep deels in de berm, deels op de weg zat. "Ik zag ze in een kringetje zitten. Ze zaten een spelletje te doen en ze hadden lol. Ik reed er heel voorzichtig langs, want met dit soort avonden weet je dat mensen dronken zijn."
Op een gegeven moment zag hij iemand met hoge snelheid aan komen rijden. "En later zag ik de vier gewonden. Eerst dacht ik 'misschien zijn ze in andere sferen', maar ik zag dat ze gewond waren."
Een dj, die diezelfde nacht had gedraaid op een van de Pinkpop-campings, bevestigt het verhaal van de taxichauffeur. Zij had de groep zien zitten toen ze langsreed. "Ik reed stapvoets, want ik heb wel geleerd om overal rekening mee te houden. Niets zo onvoorspelbaar als feestende mensen", zegt ze tegen het AD.
"Ze zaten daar gewoon in het donker. Ongeveer tien man en één meisje. In een kringetje van de middenstreep tot de berm. Ze droegen donkere kleding, geen verlichting. Echt heel gevaarlijk. Ik snapte het niet, het was tien meter van de camping vandaan. Waarom zaten ze daar niet?"
Volgens de krant was de weg overdag afgesloten geweest voor autoverkeer en hadden alleen bestuurders met een ontheffing toegang. 's Nachts waren de verkeersregelaars verdwenen en was de weg open.
Het moet gebeurd zijn op weg naar zijn werk, hij moest nog iemand oppikken.
De drie zwaargewonden liggen in zeer kritieke toestand in het ziekenhuis. De politie heeft in Amsterdam de bestuurder van het busje aangehouden. Het is een 34-jarige man uit Heerlen, die zich uren na de aanrijding aangaf bij de politie. Hij wordt verdacht van doodslag en poging tot doodslag.
De vader van de verdachte zegt in het AD dat zijn zoon als podiumbouwer werkt en in alle vroegte op weg was naar Amsterdam. "Het moet gebeurd zijn op weg naar zijn werk, hij moest nog iemand oppikken." Hij is ervan overtuigd dat het ongeluk moet zijn geweest en benadrukt dat zijn zoon geen alcohol of drugs gebruikt.