Defensie aansprakelijk voor schade door kankerverwekkend chroom-6
Defensie is aansprakelijk voor de gezondheidsklachten die medewerkers hebben opgelopen door het werken met kankerverwekkende chroom-6-verf. Dat is de conclusie van een groot onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in opdracht van het ministerie zelf, dat de NOS in handen heeft.
Het ministerie wist van de schadelijke effecten, maar deelde die kennis niet met werknemers en bedrijfsartsen, concludeert het RIVM. Evenmin zorgde Defensie voor een veilige werkplek of afdoende beschermingsmaatregelen.
Nu de aansprakelijkheid van Defensie is vastgesteld, ligt de weg open voor een definitieve schaderegeling voor zieke werknemers. De afgelopen weken hebben militaire vakbonden daar met het ministerie over gesproken. Meer over de inhoud daarvan moet maandag duidelijk worden, als het RIVM-onderzoek officieel wordt gepresenteerd.
Volgens het onderzoek kan blootstelling aan het giftige chroom-6 onder meer longkanker, neus- en neusbijholtekanker, astma, maagkanker en chronische longaandoeningen veroorzaken.
Mensen zijn willens en wetens blootgesteld aan gevaarlijke stoffen. Dit kan niet.
Het onderzoek spitst zich toe op de vijf NAVO-depots voor opslag en onderhoud van Amerikaans materieel. Tussen 1984 en 2006 werkten 2000 tot 3000 mensen op die zogenoemde POMS-locaties in Brunssum, Eygelshoven, Vriezenveen, Coevorden en Ter Apel. Ook op tal van andere plaatsen binnen de defensieorganisatie werd met de chroomhoudende verf gewerkt, maar het onderzoek naar de blootstelling op die locaties komt pas later.
In de NAVO-depots werden vooral medewerkers in technische onderhoudsfuncties blootgesteld aan chroom-6. Dit gebeurde bij het stralen, schuren, slijpen en lassen van voertuigen die met chroomhoudende verf waren behandeld om roestvorming tegen te gaan. Bij het spuiten was er minder blootstelling, omdat de bescherming bij dat werk over het algemeen beter was geregeld.
De NOS heeft het onderzoek voorgelegd aan letselschadespecialist Yme Drost, die 350 slachtoffers vertegenwoordigt. Hij schrok van wat hij las: "Mensen zijn willens en wetens blootgesteld aan gevaarlijke stoffen. Dit kan niet."
Bekend in 1973
Het onderzoek begon in 2014 en werd begeleid door een commissie onder leiding van oud-burgemeester Ruud Vreeman. Het moest antwoord geven op de vraag wanneer Defensie te weten kwam dat chroom-6 schadelijk is voor de gezondheid, en in hoeverre die informatie binnen de organisatie werd gedeeld.
Duidelijk wordt dat in elk geval sinds 1973 bij de luchtmacht bekend was dat in nieuwe verfmaterialen stoffen zaten die gezondheidsrisico's met zich meebrachten. Toen in 1984 de eerste POMS-locatie in Brunssum werd geopend, was de schadelijkheid van chroom-6 dus bekend.
In de jaren die volgden werden zeker nog vijf interne documenten opgesteld waarin wordt gesproken over de schadelijke effecten van chroom-6. Maar dat werd niet meegedeeld aan de werknemers. Ook de meeste bedrijfsartsen werden niet op de hoogte gesteld.
Geen veilige werkplek
De onderzoekers schrijven: "Defensie had in zijn rol van werkgever de verantwoordelijkheid om de werknemers op de hoogte te brengen van de risico's. Uit het onderzoek is niet gebleken dat dit is gebeurd."
Ook op het preventie- en zorgbeleid van Defensie hebben de onderzoekers van alles aan te merken. "De zorg voor een veilige werkplek voldeed niet aan de daarvoor geldende regels", stellen ze vast.
Het arbobeleid noemen ze "ontoereikend". Zo was de ventilatie en afscherming van werkruimtes niet voldoende. Er waren vooral in het begin niet genoeg goede mondkapjes en gelaatsmaskers. En er was geen effectief toezicht op de naleving van de gebruiksvoorschriften daarvan.
Het management zocht uit kostenoverwegingen de grenzen op van de arbo-regelgeving. Er werd gemarchandeerd met de aanwijzingen van de inspectie.
Volgens het onderzoek was de leiding van de POMS-locaties bang dat de Amerikanen de locaties versneld zouden sluiten, als ze zou vragen om kostbare verbeteringen van de arbeidsomstandigheden. "Verschillende documenten bevestigen dat het management uit kostenoverwegingen de grenzen opzocht van de arbo-regelgeving. Er werd bijvoorbeeld gemarchandeerd met de aanwijzingen van de Inspectie SZW over arbeidsomstandigheden."
In 2014 ontstond commotie onder oud-personeelsleden van defensie over de gezondheidsgevaren van onder meer chroom-6. Een jaar later kwam er een 'coulanceregeling' voor medewerkers van maximaal 15.000 euro. Tot afgelopen november hadden ruim 300 oud-POMS-medewerkers een beroep gedaan op deze voorlopige financiële tegemoetkoming, in afwachting van de uitkomsten van het definitieve RIVM-onderzoek.
Eczeem
Veel melders gaven aan dat een arts bij hen een chronische longaandoening, allergisch contacteczeem en/of een immunologische aandoening had vastgesteld. Maar doordat de meeste van deze ziekten ook andere oorzaken kunnen hebben, kan volgens het onderzoek in veel gevallen niet met zekerheid worden vastgesteld dat deze ziekten bij oud-werknemers het gevolg zijn van blootstelling aan chroom-6.
Voor de aansprakelijkheid van Defensie maakt dat volgens de onderzoekers echter niet uit. Als een (oud-)werknemer gezondheidsproblemen heeft die door een arts met een zekere mate van waarschijnlijkheid kunnen worden toegeschreven aan chroom-6, is Defensie daarvoor aansprakelijk. Wel moet worden aangetoond dat de werknemer aan chroom-6 is blootgesteld tijdens zijn werk, en dat de beschermende maatregelen onvoldoende waren.
Kamerleden reageren geschokt op de uitkomsten van het RIVM-onderzoek. "Als dit de strekking van het rapport is, dan is het zeer kwalijk dat de gezondheid van defensiepersoneel zolang in gevaar was door gebruik van giftig chroom-6", zegt Salima Belhaj van D66. "Iedereen heeft recht op een veilige en gezonde werkomgeving. Voor de nabestaanden en slachtoffers werd het tijd dat er duidelijkheid kwam. We moeten het onderzoek afwachten, maar het is overduidelijk dat de staatssecretaris actie moet ondernemen. Dit kan en mag niet meer gebeuren."
SP-Kamerlid Sadet Karabulut reageert: "Jarenlang waarschuwde de SP voor het gebruik van giftige stoffen bij defensie. Nu wordt bevestigd dat Defensie het eigen personeel jarenlang heeft blootgesteld aan levensgevaarlijke stoffen. Erkennen en een redelijke vergoeding is het minste wat moet gebeuren."
"Op basis van de informatie van de NOS blijkt dat het rapport heldere en harde conclusies oplevert", zegt CDA-Kamerlid Hanke Bruins Slot. "Wij willen snel van de staatssecretaris weten wat zij gaat doen richting de slachtoffers."
De VVD wil niet reageren in afwachting van de presentatie komende maandag.