NOS NieuwsAangepast

Bij deze schaatstocht giet it al 22 jaar niet oan

  • Anouk Kantelberg

    redacteur Online

  • Anouk Kantelberg

    redacteur Online

Al 22 jaar wordt de rit in de dromen van fanatieke toertocht-schaatsers gereden: de Overijsselse Merentocht. Een tocht van 200 kilometer die start en eindigt in Steenwijk en je langs plaatsen als Muggenbeet, Dwarsgracht en Giethoorn brengt.

Onderweg kom je de meest prachtige rietkragen, weidse velden en pittoreske dorpjes tegen. In totaal passeer je dertien keer een stempelpost. En de fijnproever kan zelfs nog op een paar geheime plekken een stempeltje halen. Een soort alternatieve Elfstedentocht die menig schaatshart sneller doet kloppen.

Alleen is deze nog nooit doorgegaan.

Tot grote teleurstelling van Overijsselse Merentocht-voorzitter Roelof Groen. "Daarvoor moet het echt eerder vriezen, in januari al." Maar hij blijft hoopvol. "Wat er nu gebeurt met het weer geeft de mens moed."

Er kunnen zo'n 15.000 mensen starten.

Roelof Groen, voorzitter Overijsselse Merentocht

Groen is niet de enige die gelooft in de schaatstoertocht. Veertien ijsverenigingen helpen mee met de organisatie en zo'n 8000 mensen hebben zich ingeschreven - mocht het ooit gaan gebeuren. "Als het zo ver is, worden dat er nog meer. Er kunnen zo'n 15.000 mensen starten."

Om de Overijsselse Merentocht door te laten gaan, moet het ijs 15 centimeter dik zijn. Een paar keer was het bijna zo ver, zoals in 1997 toen de laatste Elfstedentocht werd gereden. Maar op het laatste moment bleek het toch niet genoeg te zijn.

Wél een speciale ijsveegmachine

De organisatoren staan ieder jaar opnieuw in de startblokken. "De draaiboeken liggen allemaal klaar en we passen ze ieder jaar aan als de regelgeving daar om vraagt", vertelt Groen. Met de contributie die de leden betalen wordt ook geïnvesteerd in materiaal. "We hebben de veertien ijsclubs die meedoen flink gesubsidieerd, want we hebben ze hard nodig."

Er staat zelfs een ijsveegmachine klaar, speciaal voor de Overijsselse Merentocht. "Dat is een speciale die blijft drijven als hij door het ijs zakt, want dat kan gebeuren."

Groen denkt na al die jaren nog steeds niet aan opgeven. "En met mij alle mensen van de ijsclubs. Hij gaat er echt een keer komen." Tot die tijd geniet hij van het ijs op andere plekken. "Ik ga de komende dagen zeker schaatsen met mijn kleinkinderen. Die schaatsgenen moet je toch een beetje aanwakkeren."

De Koôltocht

Met al die zachte winters de afgelopen jaren zou je denken dat ijsclubs geen brood zien in het bedenken van nieuwe toertochten. Maar niets is minder waar. In 2013 werd de Koôltocht opgezet, een tocht van 35 kilometer langs onder meer Oudkarspel en Lutjewinkel.

Tot op heden een tocht op papier, maar organisator Meindert Brugman denkt wel dat het er ooit van gaat komen. "Of dat nou over een jaar is of pas over tien jaar", zegt hij vastberaden. "En dan kan het zomaar drie winters achter elkaar raak zijn."

De Koôltocht is ontstaan uit het gemis van de oude toertocht. De ijsverenigingen in de regio hadden ooit een tocht van 75 kilometer, maar op een gegeven moment was er te weinig animo om die te organiseren. De naam voor de nieuwe tocht was volgens Brugman snel bedacht. "Koôl is West-Fries voor kool. Dit traject werd vroeger gebruikt voor het vervoer van kool naar de veilingen in Langedijk."

Ieder jaar in november komt de organisatie weer bijeen. "Dan vergaderen we en bekijken we wat we allemaal nodig hebben, met een biertje toe", lacht Brugman. "We hebben zelfs speciale mutsen laten maken, zodat mensen de organisatie herkennen als de tocht er is."

Het is voor de club wel lastig om de leden van de vier deelnemende ijsverenigingen warm te houden. "Ze mopperen soms een beetje, maar we hebben allemaal het ijsvirus, dus het komt goed."

Dit seizoen gaat het in ieder geval niet meer gebeuren. "In december weer een nieuwe kans."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl