Oranjevrouwen grijpen naast goud op ploegenachtervolging
De Nederlandse achtervolgingsploeg heeft naast de gouden medaille gegrepen op de ploegenachtervolging. Ireen Wüst, Marrit Leenstra en Antoinette de Jong moesten hun meerdere erkennen in Japan, dat een olympisch record reed en een wereldrecord op laaglandbanen.
De finale was ongemeen spannend. Na de eerste twee ronden lag het Oranjetrio zo'n twee tiende achter, maar halverwege de race pakte Nederland een voorsprong van een kleine halve seconde. In de laatste ronde perste Japan er een betere eindsprint uit.
Miho Takagi, Nana Takagi en Ayano Sato finishten 1,58 voor Nederland, dat ondanks een Nederlands record genoegen moet nemen met het zilver.
"We hebben alles gegeven, zaten even onder hun tijd maar ze waren gewoon beter", reageert Marrit Leenstra. "We hebben altijd de hoop gehad dat we ze konden verslaan, maar ze laten een heel hoog niveau zien."
De Japanse vrouwen heersten dit seizoen in de wereldbeker. In zowel Heerenveen, Calgary als Salt Lake City zette de ploeg van bondscoach Johan de Wit een wereldrecord op de klokken.
Brons voor de VS
De Amerikaanse vrouwen wonnen het brons. Brittany Bowe, Heather Bergsma en Mia Manganello hadden het moeilijk in de laatste ronden, maar hielden een halve seconde over op Canada.
De Nederlandse vrouwen bereikten de finale zonder bovenmatige inspanning. Ireen Wüst, Antoinette de Jong en Lotte van Beek, die reed om Leenstra te sparen voor de finale, hadden weinig te dulden van de Amerikaanse vrouwen en reden naar 3.00,41.
Al vanaf het begin was duidelijk dat de Verenigde Staten geen gevaar zouden vormen, de ploeg leek zich neergelegd de de gedachte dan brons het hoogsthaalbare zou zijn.
'Helaas een formaliteit'
Na de eerste ronde reden Carlijn Schoutens, Bergsma en Manganello al een seconde achter de Nederlandse vrouwen. Op de streep, na zes ronden, was het verschil opgelopen tot een kleine zeven seconden.
"Twee landen wisten waar ze voor gaan rijden. Je kijkt helaas bijna naar een formaliteit", zei coach Rutger Tijsen na de halve finale.
Nederland was in de series het snelste land, het Oranje-trio maakte indruk met een olympisch record (2.55,61). Zo'n tijd was in de halve finales niet nodig.
