Kaag: respect voor bevlogen Kamerleden in genocide-kwestie
Minister Kaag van Buitenlandse Zaken heeft waardering voor de "bevlogenheid" van Kamerleden als ChristenUnie-woordvoerder Voordewind voor het erkennen van de Armeense genocide, maar ze wil niet vooruitlopen op het Kamerdebat van volgende week.
Onder leiding van Voordewind wil de Kamer de massamoord door Turken op Armeniërs in 1915 erkennen als genocide. De Kamer wil ook dat een delegatie van het kabinet in april de herdenking in de Armeense hoofdstad Jerevan bijwoont.
Het kabinet spreekt zelf steeds van "de kwestie van de Armeense genocide" en Kaag zegt dat dat nog steeds geldt. Ze heeft respect voor het verdriet van de nabestaanden over de verschrikkelijke dingen die er zijn gebeurd. "Het kan belangrijk zijn hoe het wordt genoemd, maar dat doen we in het debat met de Kamer."
Turkse inval in Syrië
Kaag wil ook niet zeggen of er een lid van het kabinet naar de herdenking gaat. Haagse bronnen bevestigen overigens dat dat wel gaat gebeuren.
Ook Kaags collega Bijleveld van Defensie wil niet te veel op het debat vooruitlopen. Ze erkent dat Turkije niet blij zal zijn met een erkenning van genocide, maar ze benadrukt dat ze de Turken ook haar zorgen heeft overgebracht over de inval in Noord-Syrië.
"In het diplomatieke verkeer moet je elkaar ook aanspreken op de naleving van het internationaal recht; de Duitsers hebben op dezelfde manier met de Armeense kwestie te maken gehad en dat is ook weer goed gekomen", zegt Bijleveld.