Haalt het Limburgse landschap de werelderfgoedlijst?
Het glooiend heuvellandschap van Zuid-Limburg moet op de Unesco Wereld Erfgoedlijst. Dat willen de gemeenten Vaals, Eijsden-Margraten en Gulpen-Witten. Vandaag wordt het voorgedragen aan Unesco.
"Je kunt heel diep door uitgesleten, eeuwenoude paden dwalen. Dat zie je nergens in Nederland, dat het landschap boven je zit", vertelt natuurboekenschrijver Kester Freriks in NOS Met het Oog op Morgen. "En dan opeens voert dat pad je de hoogte in en sta je oog in oog met een enorm weids uitzicht. Dat intieme tegenover het weidse, dat vind ik echt kenmerkend aan het Limburgse heuvelland."
Maar een Unesco-vermelding is nog niet zo gemakkelijk, waarschuwt de schrijver. Volgens Freriks ligt er bij Unesco een lijst met andere aanmeldingen en kunnen nieuwe aanmeldingen waarschijnlijk pas in 2025 in behandeling worden genomen. "Het kan nog lang duren voordat die aanvraag echt op gang komt."
Freriks kan zich voorstellen dat de Limburgse gemeenten een kans wagen bij Unesco. "Als het lukt, heb je een gereedschap om het landschap te beschermen. Want het moet blijven zoals het was op het moment dat het de status werelderfgoed heeft gekregen."
Als je heel diep in het landschap bent, is er een soort stilte die je nergens in Nederland aantreft
Zelf raakte hij verliefd op het Geuldal. "Als je heel diep in het landschap bent, is er een soort stilte die je nergens in Nederland aantreft. En ik ben geboeid geraakt door die krachtige Maas. Dat staat weer mooi in contrast met het Geuldal."
"Het landschap kenmerkt zich ook door de vogels. Je hebt er schitterende roofvogels, de rode wouw bijvoorbeeld. En boven de beken zie je ijsvogels en kwikstaarten. Als je geluk hebt, kun je ook nog een das zien."
De erfgoedstatus heeft ook een duidelijk nadeel, denkt Freriks: "Het lokt heel veel mensen. Als je in het weekend of op een mooie Pinksterdag in Zuid-Limburg bent, is het nu al erg druk met wandelaars en wielrenners."
Buitenrecreatie is de populairste activiteit voor mensen die een uitstapje naar Limburg maken. Jaarlijks ontvangt de provincie ongeveer dertig miljoen dagtoeristen, onder wie steeds meer Duitsers.
