'Druk op tbs-klinieken door boetesysteem overheid'
Behandelaren van de Van Mesdag-kliniek in Groningen ervaren druk door een boetesysteem van de overheid voor tbs-klinieken. Dat schrijft de Volkskrant die met twee personeelsleden van de tbs-kliniek heeft gesproken.
Tbs-klinieken krijgen van de overheid boetes als ze patiënten niet op tijd met proefverlof sturen en niet binnen acht jaar klaar zijn met de behandeling. De forensisch-psychiatrische sector wil de behandelduur wel verkorten, maar sommige medewerkers vrezen dat de behandeldruk onverantwoord is, zo schrijft de krant.
Tot 2010 steeg de gemiddelde behandelduur van tbs-gestraften nog, tot meer dan tien jaar. Met als gevolg dat verdachten steeds vaker weigerden om mee te werken aan een persoonlijkheidsonderzoek, om zo langdurige tbs te ontlopen.
En dus kwam er een boetesysteem. Dat moet de behandelduur verkorten en ertoe leiden dat verdachten weer sneller meewerken aan een persoonlijkheidsonderzoek. Inmiddels is de behandelduur terug op gemiddeld 7,2 jaar, dat is minder dan de acht jaar van het boetesysteem. Toch blijven de boetes bestaan.
'Rek er wel uit'
Directeur Harry Beintema van de Groningse tbs-kliniek Van Mesdag, met zo'n 260 mannelijke tbs-patiënten, zegt in de krant dat "de rek er wel uit is". Volgens hem leiden de boetes, maximaal een procent van de behandelkosten, niet tot perverse prikkels om tbs'ers eerder uit de kliniek te ontslaan, ook al zijn ze nog niet klaar. "Wij staan achter een kortere behandelduur, maar de rek is er wel aardig uit. Je kunt je daarom afvragen wat de meeropbrengst is van zo'n prikkel."
Beintema denkt echter niet dat de interne druk door de boetes groter is. "Er is discussie over het verkorten van de behandelduur. Maar dat daardoor de interne druk groot zou zijn, herken ik totaal niet. Wel herken ik dat medewerkers last hebben van de constante verantwoordingsdruk. Dat komt met name vanuit de rechtbank, daar zit voor behandelaars veruit de grootste druk."
Brancheorganisatie GGZ Nederland stuurde deze zomer nog een brandbrief naar de Tweede Kamer, waarin het al zijn zorgen uitsprak over de druk die er is om de behandeltijd te verkorten. "De kwaliteit van zorg en de veiligheid van de maatschappij moeten hierin leidend zijn", schreef directeur Veronique Esman.