Puerto Ricanen moeten improviseren om te overleven
"Welkom op het eiland van de puinhopen", grapt een oudere man terwijl hij twee lege verfemmers tot aan de rand vult met water. Via een provisorisch netwerk van buizen stroomt het water vanuit de bergen naar beneden.
Het is de enige manier om aan water te komen voor duizenden inwoners van de afgelegen dorpen in het binnenland van Puerto Rico. Niemand weet precies wie het heeft aangelegd, maar de mensen in de rij vullen dankbaar hun flessen, bakken en emmers met het bergwater. Twee vrouwen wassen hun haar onder het dunne stroompje.
Edgar DeJesús bekijkt het tafereel en schudt zichtbaar gefrustreerd zijn hoofd. "Het is heel zwaar om dit elke dag te doen. Er zijn zoveel families die de hele dag bezig zijn met het zoeken naar water, naar ijs, naar de essentiële dingen waar de overheid eigenlijk in moet voorzien."
De weg naar Edgars huis is compleet verwoest. Hij heeft nog niemand van de lokale autoriteiten gezien. "De hele gemeenschap is bij elkaar gekomen om de weg vrij te maken, maar we hebben van niemand hulp gekregen."
In het bergachtige gebied Utuado, in het binnenland van Puerto Rico, zijn de mensen vooral op zichzelf aangewezen. De hulp die grotendeels vanuit de hoofdstad San Juan wordt gecoördineerd, heeft de bewoners nog nauwelijks bereikt.
Ruim twee weken nadat orkaan Maria het hele land heeft platgelegd, is de nood nog steeds duizelingwekkend hoog. De autoriteiten hebben het dodental bijgesteld van 16 naar 34, maar iedereen houdt rekening met nog meer slachtoffers. Er is nog steeds geen volledig beeld van de enorme schade op het eiland en de situatie van de Puerto Ricanen die momenteel zonder stroom en telefoon leven.
De hulpverlening wordt ernstig bemoeilijkt door de zware schade aan de infrastructuur van het land. Wegen liggen nog bezaaid met puin of zijn simpelweg weggespoeld. Veel bruggen zijn grotendeels weggeslagen.
We zijn in de steek gelaten.
Zo ook de brug vlak voor het huis van Ramon Torres. Door de zware regenbuien die orkaan Maria veroorzaakte, kwam het water in de rivier tot wel 15 meter hoog. Sindsdien zijn Ramon en zijn familie afgesloten van de buitenwereld.
Samen met andere dorpsbewoners hebben ze een ladder vastgemaakt op het overgebleven brugdek, zodat ze in ieder geval de rivier kunnen oversteken. Daarna is het urenlang lopen voor water, diesel voor de generator of een beetje eten.
Ramon loopt, gewapend met zijn walkietalkie, de buurt rond om te kijken hoe het met de buren gaat. Hij wijst naar het huis van zijn bejaarde buurvrouw. "Het water heeft de fundamenten van haar huis aangetast. Het is onveilig, ze moet hier zo snel mogelijk weg", zegt hij bezorgd.
Ramon heeft zich nog nooit zo geïsoleerd gevoeld. "We zijn in de steek gelaten. Iedereen weet hoe cruciaal deze brug is. Het is onze enige verbinding met de buitenwereld."
De hulpverlening verloopt langzaam, maar het is al veel beter dan het eerst was.
Dan stoppen er ineens een paar auto's aan de overkant van de rivier. Ramon laat via de walkietalkie aan zijn vader weten dat hij poolshoogte gaat nemen. Het blijken vrijwilligers te zijn van het Rode Kruis, de eerste hulpverleners die Ramon in twee weken tijd ontmoet. Ze delen eten en water uit. En dekzeil, om de kapotte daken te beschermen tegen de regen. Ramon vertelt de hulpverleners dat er ook behoefte is aan medicijnen.
Rode Kruis-medewerker Tom Lemere erkent dat er te weinig hulp is en dat het nog te langzaam gaat. "Er is meer hulp onderweg, maar het is nog lang niet genoeg. Het Rode Kruis, andere organisaties en ook de federale hulpdienst FEMA sturen meer mensen. De hulpverlening verloopt langzaam, maar het is al veel beter dan het eerst was."
Ramon neemt de doos met kant-en-klaarmaaltijden dankbaar aan. Met een zorg minder vanavond steekt hij de rivier weer over.