Kiesraad: moeten we met rekenmachines aan de slag?
De Kiesraad heeft er een hard hoofd in dat de definitieve uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen binnen dezelfde termijn wordt bekendgemaakt als na vorige verkiezingen, nu alle uitslagen in elke fase met de hand moeten worden opgeteld.
Minister Plasterk zegt dat een langere procedure eigenlijk niet mogelijk is, maar de Kiesraad voorziet problemen. "Dat is optimistisch van de minister", zegt een woordvoerder.
Vijf dagen
Plasterk heeft het gebruik van software bij het optellen van stemmen verboden, na berichtgeving van RTL Nieuws dat het systeem eenvoudig te hacken is. De Kiesraad doet "uiteraard de uiterste best" om de uitslag vast te stellen binnen de termijn die al jaren wordt gehanteerd. Dat is vijf dagen. Maar of dat ook echt lukt als software niet is toegestaan, valt dus niet te zeggen.
De Tweede Kamerverkiezingen zijn op 15 maart. Er is haast geboden bij het bepalen van de definitieve uitslag. De nieuwe Tweede Kamer wordt al op 23 maart geïnstalleerd. Volgens de oorspronkelijke planning zou de Kiesraad, die in Nederland toezicht houdt op het verkiezingsproces, op 20 maart met de definitieve uitslag komen.
Moeten we met rekenmachines aan de slag? Moeten we Excel gebruiken?
De Kiesraad zegt dat het besluit van Plasterk ook gevolgen heeft voor de telling in een stad als Amsterdam, waar honderden stembureaus zijn. "Hoe meer uitslagen je bij elkaar moet optellen, hoe makkelijker er ook een fout insluipt. Voor kleine en middelgrote gemeenten is dat misschien niet zo'n probleem, maar voor grote gemeenten kan het heel lastig worden."
Bovendien is nog onduidelijk hoe de stemmen dan wél opgeteld moeten worden. "Moeten we met rekenmachines aan de slag? Moeten we Excel gebruiken? En wie zegt dat daar niet ook fouten mee te maken zijn, dus hoe veilig is dat dan?" Daarover gaat de Kiesraad nu in gesprek met het ministerie van Binnenlandse Zaken.
Grote gemeenten
Het handmatige tellen levert waarschijnlijk het meeste werk op in de grote gemeenten met de meeste stembureaus. Utrecht en Eindhoven laten weten dat ze meer mensen nodig hebben om te tellen, en dus meer geld. Ook zal de uitslag later bekend worden. De komende dagen willen de gemeenten in kaart brengen wat de verdere gevolgen zijn.
