Artsen willen terug naar Oost-Aleppo
Artsen die in Oost-Aleppo hebben gewerkt willen terug. Dat zegt Artsen zonder Grenzen. Er zijn nog maar 35 doktoren in het belegerde deel van de Syrische stad. Zeven van hen kunnen opereren.
Het Syrisch regime sloot in juli de enige toegangsweg naar Oost-Aleppo af. Sindsdien is er een groot tekort aan eten, medische spullen en andere basisbehoeften. Er zijn nog maar een paar functionerende ziekenhuizen en de artsen die in de stad zijn, zijn volgens Artsen zonder Grenzen uitgeput. De meeste artsen uit Oost-Aleppo zitten nu in Turkije. Ze willen terug als er een veilige doorgang komt naar de stad.
Van 6 tot en met 8 oktober moesten artsen 98 mensen behandelen, onder wie elf kinderen. 29 mensen kwamen om door luchtaanvallen. "Gewonde mensen slapen voor het ziekenhuis, omdat de gangpaden vol zitten", zegt het hoofd van de medische dienst van Oost-Aleppo.
Geen elektriciteit
Een resolutie in de VN-veiligheidsraad om het vorige maand afgekondigde staakt-het-vuren nieuw leven in te blazen, haalde het gisteren niet. Rusland blokkeerde het Franse voorstel, tot woede van de Amerikanen. De VN-vertegenwoordiger van de VS noemde Rusland "een verbreider van terreur in Aleppo".
In Oost-Aleppo wonen zo'n 250.000 mensen die geen kant op kunnen. De stad is in handen van rebellengroeperingen. Toegangswegen tot de stad zijn zo goed als afgesloten. Er is één smalle doorgang, maar die is onveilig.
In heel Aleppo is geen elektriciteitsnetwerk meer. Stroom komt van dieselgeneratoren. De ziekenhuizen in de stad vrezen voor hun stroomvoorziening, omdat de dieselvoorraad snel slinkt.
Aanval op ziekenhuizen
Niet alleen in Oost-Aleppo is de medische situatie slecht. Volgens Artsen zonder Grenzen zijn vier ziekenhuizen in de buurt van Damascus afgelopen week aangevallen. Daarbij kwamen vier mensen om het leven en raakten zestien mensen gewond.