Vlaamse journaliste was erbij: dit is brute pech
Oorlogsfotograaf Jeroen Oerlemans werd vanmiddag omstreeks 14.30 uur neergeschoten door sluipschutters van IS terwijl hij dekking aan het zoeken was. Dat zegt Joanie de Rijke, journaliste van het Belgische tijdschrift Knack, in Nieuwsuur. Ze deden samen verslag van een gevecht in het Libische Sirte.
"We gingen met een groepje journalisten naar de frontlinie in Sirte waar veel geschoten werd. Sluipschutters van IS schoten daar met zwaar geschut op groepen mensen die dicht bij de frontlinie rondliepen. We schuilden met een groep achter een hoog flatgebouw. Journalisten staken af en toe de weg over tussen de gebouwen om op andere plekken te komen."
De enige troost is dat hij direct dood was.
Bij een oversteek tussen twee gebouwen werd Oerlemans beschoten. Hij werd precies onder zijn schouder geraakt, waar het kogelwerende vest geen bescherming bood. "Jeroen stak bukkend de weg over als eerste van een groep. Hij was herkenbaar als journalist, zijn camera hing om zijn nek. De sluipschutters van IS raakten hem precies in de opening van het vest. De kogel is dwars door hem heengegaan", vertelt De Rijke.
Volgens De Rijke wisten de journalisten goed wat ze aan het doen waren. "Natuurlijk is het een gevaarlijk gebied om je te begeven, maar Jeroen nam geen grotere risico's dan de andere journalisten. De enige troost is dat hij direct dood was, hij heeft in ieder geval niet geleden. Dit is brute pech."
Laatste dag
De Rijke en Oerlemans maakten voor het weekblad Knack een reportage over een ontmijningsteam in Sirte. "Sirte is voor een groot deel bevrijd, op een wijk na. Die ontmijners kijken huis per huis of er bommen zitten en wij waren meegegaan met dat ontmijningsteam."
De reportage was klaar en Oerlemans zou morgen naar huis gaan, vertelt De Rijke. Op zijn laatste dag in Libië zijn ze nog naar de frontlinie gegaan om verslag te doen van een hevig gevecht dat daar gaande was.