Een kledingwinkel probeert klanten te trekken met kortingen
NOS Nieuws

Een euro is meer waard, maar met z'n allen worden we er niet rijker op

Het leven is voor het eerst in bijna dertig jaar goedkoper geworden, maar de kans is groot dat je dat niet hebt gemerkt. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldt dat de kosten van levensonderhoud in juli 0,3 procent lager waren dan een jaar geleden.

Omdat het hier om een gemiddeld cijfer gaat, geldt dit voordeeltje voor de een meer dan voor de ander. Zo droegen de benzineprijzen in belangrijke mate bij tot het lagere prijspeil. Maar heb je geen auto, dan telt dit niet. En degenen die vorige maand hun kledingkast hebben aangevuld, waren juist duurder uit. Kleding was namelijk minder afgeprijsd dan in dezelfde maand vorig jaar.

Hoe dan ook, over het geheel genomen was een euro vorige maand meer waard; we konden er immers meer voor kopen. Daar kun je blij mee zijn, maar voor de economie als geheel zit er ook een andere kant aan. De consument is goedkoper uit, maar hij brengt minder euro's in omloop.

Uitverkoop

De prijsdaling duidt op een matige economische toestand. Er wordt minder gekocht omdat consumenten na de crisis voorzichtig zijn geworden met hun uitgaven. Ze stellen bestedingen uit of kiezen voor het aflossen van de hypotheek in plaats van consumeren.

Voor de een wordt dat ingegeven door de vrees voor werkloosheid en lagere pensioenen, voor anderen geldt dat ze al minder in hun portemonnee hebben omdat ze zonder werk zitten of omdat hun huis onder water staat.

Aanbieders van goederen en diensten proberen de consument tot kopen te bewegen door prijsverhogingen achterwege te laten of zelfs prijzen te verlagen. Dat laatste zie je bijvoorbeeld in winkels waar het vrijwel permanent uitverkoop is. De consument op zijn beurt wacht tot de prijzen verder omlaag gaan.

Failliet

Dit draagt volgens economieredacteur André Meinema bij aan de crisis in de detailhandel. "Het is niet alleen de verkoop via internet waardoor winkelketens failliet zijn gegaan, het komt ook omdat we minder kopen en het geld in onze portemonnee houden."

Monetaire beleidsmakers vinden deze toestand ongewenst. Het is dan ook niet voor niets dat de Europese Centrale Bank (ECB) streeft naar een inflatie van rond 2 procent.

Hoewel het niet veel effect heeft, volgt de ECB het voorbeeld van Japan. Nederland is namelijk niet het enige Europese land waar deflatie dreigt, in heel de eurozone is weinig of geen inflatie. Daarom laat ook de ECB de geldpersen extra draaien. Tot nu toe zonder resultaat, zoals blijkt.

Ook houdt de ECB de rente laag om consumenten en bedrijven te verleiden tot aankopen en investeringen. Voor spaarders is die lage rente op het eerste oog geen goede zaak, maar historisch valt dat nadeel betrekkelijk klein uit. Want de bescheiden rente van nu is nog altijd hoger dan de inflatie en dat was in het verleden vaak niet het geval.

Mensen met een hypotheek of andere schulden, profiteren van de lage rente, maar met deflatie schieten ze volgens Meinema niets op. "Bij inflatie verdampt je schuld beetje bij beetje, nu die negatief is wordt de schuld juist iets groter."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl