Na jarenlang gesteggel heeft JSF eindelijk toestemming om te landen
Het is 1996. Het eerste paarse kabinet neemt het besluit dat de straaljager F-16 vervangen moet worden. Een beslissing met grote gevolgen: want hoeveel vliegtuigen hebben we nodig en wie zou ze moeten leveren?
Naast de Amerikaanse Joint Strike Fighter, die nog ontwikkeld moet worden, zijn er twee andere alternatieven: de Gripen van het Zweedse Saab en het Franse Dassault Rafale. De voorkeur lijkt al snel naar de Amerikanen te gaan. Nog aan het einde van het jaar maakt Nederland bekend dat de JSF kandidaat is voor de aanbesteding.
Nederland stapt vroeg in en doet samen met Noorwegen en Denemarken mee aan de zogenoemde 'conceptdemonstratiefase'. In deze fase is er nog geen vliegtuig, maar krijgen twee vliegtuigfabrikanten, Boeing en Lockheed Martin, samen de opdracht een demonstratiemodel van de JSF bouwen. Uiteindelijk wordt het programma met Lockheed Martin voortgezet. De vliegtuigbouwer start in 2001 met de ontwikkeling van het vliegtuig.
Bedrijfsleven
Op dat moment is er nog geen besluit genomen dat Nederland de toestellen daadwerkelijk koopt. Dat gebeurt geleidelijk door verschillende kabinetten. In 2002 neemt het tweede kabinet-Kok de beslissing om formeel in het ontwikkeltraject te stappen. Nederland steekt 1 miljard euro in de ontwikkeling van het vliegtuig. In ruil daarvoor krijgen Nederlandse bedrijven orders om mee te bouwen aan het vliegtuig.
De ontwikkeling van het toestel gaat gepaard met tegenslagen. Zo vallen de kosten hoger uit en zijn er problemen met de software. De kritiek van de oppositie zwelt aan, maar coalitiepartijen hameren erop dat Nederland nog altijd terug kan en dat de ontwikkeling van het toestel goed is voor het Nederlandse bedrijfsleven.
Het kabinet Balkenende-III tekent in 2006 een akkoord om deel te nemen aan de volgende fase van het JSF-project. Regeringspartij CDA is voorstander van de JSF. De partij stelt dat het vliegtuig het beste toestel is, voor de beste prijs. Maar een definitieve keuze voor het Amerikaanse gevechtsvliegtuig komt er nog steeds niet. Het kabinet schuift de hete aardappel door naar 2010.
Maar een jaar voor het zover is, ontstaat er bijna een kabinetscrisis als de PvdA het besluit van het kabinet om twee testtoestellen te kopen, niet meer steunt. Na crisisoverleg in het torentje wordt er een compromis bereikt. De partijen stellen de aanschaf van de testtoestellen met een jaar uit, wel wordt overeengekomen dat Nederland blijft meedoen aan de testfase van het project. "We nemen nu geen enkele onomkeerbare beslissing", benadrukt PvdA-fractievoorzitter Hamer.
Wat een monsterlijk compromis.
Bonnetje
De coalitie krijgt harde kritiek van de oppositie. "Een monsterlijk compromis", noemt VVD-leider Rutte het. D66-leider Pechtold zegt in het debat tegen Hamer: "U betaalt dus nu. Ik zou het bonnetje maar bewaren."
Het eerste kabinet-Rutte besluit in 2010 dat de testtoestellen er toch komen. Critici zeggen dat Nederland nu nauwelijks meer terug kan. Dat wordt in 2012 bevestigd door een rapport van de Algemene Rekenkamer. De Rekenkamer concludeert dat het niet voor de hand ligt om uit het project te stappen omdat het op termijn honderden miljoenen zou kosten.
JSF-fuik
De ChristenUnie, dat om het rapport gevraagd had, voelt zich gesterkt door de conclusies. "Nu uit de JSF stappen is geld over de balk smijten en betekent het verlies van broodnodige banen", zegt Kamerlid Voordewind. GroenLinks stelt dat het parlement een "JSF-fuik is ingelokt".
Ook over het aantal te kopen toestellen is onenigheid, aangezien de kosten oplopen. Minister Hillen van Defensie besluit in 2012 dat er geen 85 JSF-toestellen gaan komen, zoals in eerste instantie het idee was. Niet lang daarna mengt de PvdA zich weer in de strijd: de partij dient een motie in waarin staat dat Nederland uit het JSF-project moet stappen. Hoewel de motie gesteund wordt door een meerderheid van de Kamer, gaat het kabinet door met het project. Uiteindelijk draait ook de PvdA bij. Kamerlid Eijsink benadrukt dat er "grote voortgang is geboekt" op alle terreinen waar de partij eerder voorwaarden aan had verbonden, zoals de prestaties, de prijs, het geluid en de werkgelegenheid.
In 2013 is het zover. Met Prinsjesdag meldt minister Hennis van Defensie dat de JSF de F-16 gaat opvolgen. In totaal koopt Nederland 37 toestellen. Waarvan de eerste twee vanavond op vliegbasis Leeuwarden zullen landen, en ze na bijna twintig jaar eindelijk in Nederland te zien zijn.