Waar staat u? Asielzoekers opvangen, of niet?
Hugo van der Parre
Researchredacteur
Sinds het begin van de asielcrisis is Nederland hevig verdeeld over de vraag hoe om te gaan met de stroom asielzoekers. Dat blijkt ook uit de reacties op het publieksonderzoek dat de NOS heeft gehouden over de vluchtelingencrisis. Bijna 50.000 mensen namen de moeite om een vragenlijst in te vullen.
De antwoorden geven aan dat het publiek in drie groepen uiteenvalt: de verwelkomers, de tegenstanders en daartussenin de groep die wel bereid is tot opvang, maar vooral of alleen voor mensen die op de vlucht zijn voor oorlogsellende. Iedere Nederlander past in een van deze groepen. Kijk zelf waar u bij hoort.
Probeer eerst de eigen bevolking te helpen.
Nee, tegen!
Om te beginnen zijn er de felle tegenstanders. We kennen ze van protestbijeenkomsten en demonstraties. Bijna alle uitgesproken tegenstanders denken dat veel asielzoekers geen echte vluchtelingen zijn. Iemand zegt: "Als je echt moet vluchten voor oorlog, vlucht je naar het eerste land waar je veilig bent. Dan ga je niet tig landen doorkruisen."
Het wantrouwen geldt ook voor de islam: respondenten laten weten dat ze bang zijn voor de komst van veel moslims uit Arabische landen. Die zouden niet willen integreren, of erger nog, de macht willen overnemen. Daardoor krijgt de islam te veel invloed in de samenleving en loopt de positie van vrouwen en homo's gevaar. Anderen vinden dat moslims zich respectloos gedragen en de Koran boven de wet stellen.
Een derde veelgebruikt argument komt van Nederlanders die zich achtergesteld voelen door de overheid. Ze zien dat asielzoekers een huis krijgen en financiële steun, terwijl ze zelf geld moeten inleveren, werkloos zijn of een woning zoeken, maar niet geholpen worden. "Probeer eerst de eigen bevolking te helpen, voordat je anderen gaat helpen", wordt gesteld.
Meer praktische redenen om tegen te zijn (huis wordt minder waard, ze pakken banen af, het onderwijs lijdt eronder) worden veel minder genoemd.
Als vrijwilliger is het contact met asielzoekers verrijkend.
Ja, welkom!
Aan de andere kant van het spectrum staan de mensen die zich zeer betrokken voelen bij de vluchtelingenopvang. "Iedereen is van de wereld en de wereld is van iedereen", wordt herhaaldelijk gezegd. Vrijwel alle voorstanders noemen opvang van asielzoekers een morele verplichting. Sommigen wijzen erop dat Nederland in de Tweede Wereldoorlog ook geholpen is door het buitenland. Anderen prediken naastenliefde vanuit hun geloof.
Veel mensen wijzen erop dat wij als rijk land een steentje moeten bijdragen en dat geldt ook voor de gemeenten. We hebben geld en plaats genoeg, zo is het gevoel, om hulp te bieden aan mensen in nood.
Opvallend veel mensen geven in de commentaren aan dat ze zelf vrijwilligerswerk doen voor asielzoekers, sommigen al heel lang. Een aantal is afgelopen jaar ook actief geweest in Griekenland, vrijwel steeds op het eiland Lesbos. Ze ervaren het contact met asielzoekers als heel verrijkend: het is mooi om kennis te maken met deze vluchtelingen, die steevast worden omschreven als lieve mensen die slechts veiligheid nastreven en een goede toekomst voor hun kinderen. 'Zouden we dat niet allemaal doen?', luidt hun retorische vraag.
Deze ervaringsdeskundigen zeggen ook regelmatig dat ze hopen dat tegenstanders van asielopvang eens kennis zouden maken met vluchtelingen: dan is het volgens hen snel gedaan met de achterdocht. Respondenten die in de buurt van een azc wonen of asielzoekers als buren hebben, zeggen ook vaak dat ze geen enkel probleem ondervinden en zelfs een heel goede band met asielzoekers hebben gekregen.
Ten slotte: diverse verwelkomers klagen over de rol van de media: die hebben te veel oog voor de tegenstanders en hun protesten, terwijl er volgens hen zoveel mooie dingen gebeuren.
Ja, als ze voor hun leven moesten vrezen, dan wel.
Ja, mits…
Tussen de groepen van uitgesproken voor- en tegenstanders bevindt zich een forse middengroep: mensen die bereid zijn asielzoekers op te vangen, mits het echte vluchtelingen zijn, personen dus die hun land noodgedwongen hebben verlaten omdat hun leven gevaar liep. Daarvoor is brede steun. Vooral voor gezinnen, want het begrip voor alleenstaande jonge mannen is een stuk kleiner. Van hen wordt juist verwacht dat ze vechten voor hun land, in plaats van naar het Westen te reizen. Het feit dat ze vooruit reizen, en daarbij vrouw en kinderen achterlaten, krijgt helemaal geen begrip. "Laf" en "onbehoorlijk" zijn veel gehoorde meningen.
Deze middengroep wil dat de overheid zichtbaar maakt dat de "misbruikers" van het asielsysteem worden gescheiden van de echte vluchtelingen. Dat zou het draagvlak voor asielopvang zeker erg vergroten. Overigens is het huidige beleid hier al gericht op het scheiden van diverse soorten migranten, maar veel mensen lijken daar niet van overtuigd.
Het draagvlak zou ook groeien als er kleinere azc's worden gebruikt. Het aantal op te nemen asielzoekers moet in een redelijke verhouding staan tot de grootte van de gemeente. Er is geen begrip voor een azc van meer dan 1000 asielzoekers bij een kleine gemeente. Als het om kleinere aantallen zou gaan, maximaal 250 asielzoekers bijvoorbeeld, is er veel minder verzet.
Verder heeft de middengroep vragen over de betaalbaarheid van een en ander. "Laten we eerlijk zijn, deze mensen gaan niets bijdragen, gaat dat niet ten koste van onze verzorgingsstaat?", zo wordt geopperd. En het kan niet worden ontkend, ook deze groep heeft aarzelingen over de toekomst van de westerse normen en waarden, gelet op het islamitische geloof van de meeste vluchtelingen.