Geen koper voor ABBA-piano, wel voor contract Beatles
De vleugel waarmee de Zweedse popband ABBA de hits Dancing Queen en Money Money Money opnam, is niet verkocht op een veiling in Londen. Het originele contract dat de Beatles in 1962 sloten met hun manager Brian Epstein werd wel afgehamerd, voor ruim 494.000 euro.
Op de veiling van het Londense veilinghuis Sotheby's werd een aantal memorabilia uit de popgeschiedenis van de hand gedaan. Naast de piano en het contract waren onder meer een bladzijde uit een schoolboek van John Lennon en een gitaar van Eric Clapton te koop.
Sotheby's verwachtte dat de ABBA-piano tussen de 800.000 en 1 miljoen euro zou gaan opleveren. Uiteindelijk bleek geen van de bieders bereid om zo veel geld neer te leggen voor de vleugel die tussen 1973 en 1977 dienst deed op vijf albums van de Zweedse band.
De waarde van het contract dat Beatles-manager Epstein rijk maakte, werd vooraf geschat op een half miljoen euro. Het document wordt gezien als de eerste stap richting wereldfaam van de band uit Liverpool. De 'Fab Four' tekenden het contract enkele dagen voordat hun eerste single Love Me Do uitkwam.
Eerder deze maand leverde het allereerste contract dat de Beatles ooit tekenden zo'n 82.000 euro op. De band sloot dat contract in 1961 met de Duitse muziekproducent Bert Kaempfert. De opbrengst viel toen wat tegen. De veilingmeester had gehoopt er zo'n 130.000 euro voor te krijgen.