Romeinse ruïnes dreigen in handen te vallen van IS
De meest bezochte bezienswaardigheid van Syrië dreigt in handen te vallen van Islamitische Staat: de Romeinse ruïnes van Palmyra. De strijders van IS zijn opgerukt tot op 2 kilometer van de stad, die duizenden jaren oud is.
De ruïnes van Palmyra liggen in een oase in het midden van de Syrische woestijn, in een stad die tegenwoordig Tadmur heet. De ruïnes staan op de werelderfgoedlijst van UNESCO.
Het is een eeuwenoude stad met Romeinse tempels, baden en grote graven waar je een hele dag in kunt ronddwalen. Een schitterend geheel.
Gevreesd wordt, dat de terreurorganisatie ook in deze historisch belangrijke stad van alles zal vernielen. In andere steden in Irak en Syrië hebben IS-strijders onder meer beelden kapotgeslagen omdat volgens hen geen mensen en dieren mogen worden afgebeeld.
Arabist Leo Kwarten, die in Damascus zit, zei in het NOS Radio 1 Journaal bang te zijn dat de terroristen de ruïnes van Palmyra zelfs opblazen, omdat dat veel internationale aandacht zou trekken.
Ik vrees het ergste als IS daar terechtkomt.
Verder lijkt de kans groot dat de terreurorganisatie opnieuw waardevolle kunstvoorwerpen buitmaakt. IS verdient veel geld aan roofkunst; de spullen worden gesmokkeld naar bijvoorbeeld Europa en daar verkocht aan handelaren.
Schijn ophouden
Het huidige Tadmur ligt in de centraal gelegen provincie Homs. Als IS het in handen krijgt, is dat de derde grote stad die Assad in korte tijd verliest. Volgens arabist Kwarten wil Assad nog de schijn ophouden dat Syrië een staat is, maar is in werkelijkheid de controle al weg.
In de provincie Homs was eerder vandaag een veldslag tussen IS en het leger van president Assad. Strijders van Islamitische Staat doodden zeker 70 militairen bij een grote aanval op gebieden die in handen zijn van de Syrische leider. Aan de kant van IS vielen volgens een Syrische mensenrechtenorganisatie zeker 40 doden.