Gespecialiseerde huisarts helpt bij gewrichtsproblemen
Het scheelt eigen risico en een trip naar het ziekenhuis; Zoetermeer heeft sinds kort een gespecialiseerde huisarts voor gewrichtsproblemen. Officieel heet dat een 'kaderhuisarts bewegingsapparaat'. De huisarts is geen vervanger van de orthopeed in het ziekenhuis, maar is wel meer gespecialiseerd dan een 'normale' huisarts.
Marjolijn van Sambeek is huisarts, maar heeft zich daarnaast gespecialiseerd in gewrichtsproblemen. 'Ik heb ook een tijd in revalidatiezorg gewerkt, maar koos uiteindelijk toch voor het vak huisarts', zegt ze in haar spreekkamer van gezondheidscentrum Rokkeveen-Oost in Zoetermeer. Daar heeft ze eenmaal per week spreekuur. Haar patiënten worden doorverwezen door huisartsen uit Zoetermeer.
Op haar bureau staan allerlei modellen van gewrichten. Een hand, een enkel met voet, een elleboog en een model waarop te zien is hoe de bovenarm grijpt in het sleutelbeen en de schouder. Hierop kan ze laten zien waar problemen zitten en waardoor die ontstaan. 'Ik kan ook een echo-apparaat gebruiken wat een mooi hulpmiddel is om te kijken en uit te leggen waar de problemen zitten', zegt Van Sambeek met het 'skelet' van een hand in haar hand.
De kaderhuisarts is geen vervanging van de orthopeed uit het ziekenhuis of uit de kliniek, maar kan volgens de huisartsen in Zoetermeer toch veel problemen opvangen. Van Sambeek zelf ziet zich ook als een soort adviseur. 'Mensen die naar een ziekenhuis moeten, gaan naar het ziekenhuis', zegt ze. 'Maar soms zie je ook mensen die prima behandeld kunnen worden binnen de huisartsenzorg.'
Dan gaat het bijvoorbeeld over het zetten van een spuit op een lastige plaats in een gewricht. Niet iedere huisarts heeft daar ervaring mee, de kaderhuisarts heeft er voor doorgeleerd. De opleiding tot 'kaderhuisarts bewegingsapparaat' duurt twee jaar en wordt gegeven bij het Erasmus MC in Rotterdam. 'En wij geven ook advies en kunnen kijken waar de problemen nu echt liggen.'
Hobby en werk
Bijvoorbeeld iemand bij wie een diagnose is gesteld van iets naars aan de knie, maar na een behandeling toch nog altijd pijn heeft bij het hardlopen. 'Dan moet je eigenlijk gaan kijken of je daar iets aan kunt veranderen. Hoe zit het met zijn houding tijdens het sporten, of ligt het aan de manier van hardlopen.' En daarvoor heeft de kaderhuisarts tijd, want een consult duurt een half uur. 'Dat is echt zoveel meer dan de tien minuten die je als huisarts hebt', glundert Van Sambeek.
En doordat ze veel meer tijd heeft om goed door te vragen en te kijken, kan ze patiënten goed adviseren en doorpraten over een bepaalde therapie waardoor de pijn wellicht minder wordt. De patiënt gaat vervolgens weer terug naar de eigen huisarts die een uitgebreid verslag krijgt van Van Sambeek. In principe krijgt een patiënt maximaal twee consulten bij de kaderhuisarts.
Artrose wordt groot probleem
Dat de arts is gespecialiseerd in gewrichten is niet toevallig.Door de vergrijzing in Nederland wordt bijvoorbeeld artrose een steeds groter probleem. Door slijtage verandert dan het kraakbeen in een gewricht waardoor het stijf en pijnlijk wordt. Zo'n gespecialiseerde huisarts kan een deel van de klachten wegnemen of in ieder geval verminderen zonder dat er direct geopereerd hoeft te worden.
Zoetermeer vergrijst bovendien nog eens een stuk harder dan de rest van de regio, waardoor de verwachting is dat het aantal mensen met artrose flink toeneemt. Dat zegt projectleider Liesbeth de Bock van de Stichting Georganiseerde Eerstelijnszorg Zoetermeer (SGZ). In die stichting zijn alle huisartsen en apothekers et cetera verenigd.
Zorg betaalbaar houden
Het aanstellen van die kaderhuisarts is volgens De Bock dan ook belangrijk om de zorg in Nederland betaalbaar te houden. 'Vooralsnog redden we het met één kaderhuisarts', zegt ze. 'Maar we zien nu al dat het spreekuur vol zit. Dus als zich een extra kaderhuisarts aandient dan is die welkom.'
Het droombeeld van de projectleider is overigens dat nog veel meer samengewerkt gaat worden. Niet alleen dus een kaderhuisarts met een spreekuur, maar een nog veel intensievere samenwerking met het ziekenhuis en met fysiotherapeuten. Dat gebeurt nu al in het zuiden van Limburg en daar is het volgens onderzoek een succes.