Boek over slavernijverleden Overijssel kan helpen racisme te verminderen
In het boek Overijssel en Slavernij is voor het eerst de relatie van de provincie Overijssel en de slavernij blootgelegd. De auteurs van het boek, dat vandaag gepresenteerd wordt, hopen dat mensen na het lezen ervan op een andere manier gaan denken. "Het zou mooi zijn als we meer begrip voor elkaar krijgen als we elkaars achtergrond kennen", zegt mede-auteur Martin van der Linde.
Voorzitter Shirley Kambel van de Keti Koti-organisatie in Zwolle is enthousiast over het boek. "Het is belangrijk om de geschiedenis van je omgeving te leren kennen, waar mogelijk. Dit is toch een onderbelicht deel van ons verleden. Niet een pagina, niet een bladzijde, maar een integraal verhaal. Racisme verminderen begint met weten, met kennis. Anders kun je niks veranderen. Daar kan dit boek zeker bij helpen."
Keti Koti
Kambel is verantwoordelijk voor het herdenken van de slavernij en het vieren van de afschaffing ervan. Keti Koti wordt komende vrijdag en zaterdag ook in Zwolle gevierd. Dit jaar is het 150 jaar geleden dat de slavernij bij wet werd afgeschaft in Suriname.
"Maar tijdens Keti Koti in Zwolle is er contact met mensen die allemaal verschillende ervaringen hebben met slavernij en kolonialisme. Met de Indische en Molukse gemeenschap bijvoorbeeld. Mensen hebben het nodig om hun verhalen te delen".
Maria Karg-Reinders uit Loozen bij Hardenberg deelt haar eigen slavenverleden door voorlichtingsbijeenkomsten op scholen te geven. Haar overgrootvader was een Duitse plantagedirecteur die drie zonen bij een slavin verwekte. Haar verhaal vertelt ze ook in het boek Overijssel en Slavernij.
"Geweldig dat het boek over slavernij in Overijssel er is gekomen", zegt ze. "Maar het is niet de bedoeling om nu de slechteriken aan te wijzen, maar vooral om de mensen in de provincie te laten zien wat er daadwerkelijk gebeurd is."