Wolf verjagen of doden mag voorlopig niet van minister Van der Wal

Minister Van der Wal wil niet zomaar de beschermde status van de wolf aanpassen. De provincie Overijssel vroeg daar samen met de provincies Drenthe en Friesland om in een brief aan de minister. "Ik heb verantwoordelijkheid voor de natuur en de verrijking van de natuur, die de wolf is, te behouden."

In haar brief schrijft ze dat ze beseft dat veel dierhouders en burgers zorgen hebben voor hun eigen veiligheid en voor die van het vee. "Ik merk dat de maatschappij sterk verdeeld is over de aanwezigheid van de wolf en de beschermde status."

De provincies gaven in hun brief aan dat zij Friesland, Drenthe en Overijssel niet geschikt vinden voor de aanwezigheid van de wolf. Zij willen actief beheer, wat inhoudt dat de wolf waar nodig mag worden afgeschoten. Ook willen zij dat de Nederlandse wolven als onderdeel worden gezien van de Duits-Poolse populatie, waar dan een internationaal wolvenbeleidsplan voor opgesteld kan worden.

Daarnaast vinden de provincies dat er te weinig wild te eten is voor de wolf en dat die daarom schapen kiezen als doelwit.

Maar de minister wil eerst het advies van de Raad voor de Dierenaangelegenheden (RDA) afwachten. In haar brief aan de RDA schrijft ze: " Ik wil de RDA vragen om in gesprekken te verkennen wat nodig is om in Nederland samen te leven met de wolf en op basis daarvan met een advies te komen."

Los van dat advies wil Van der Wal in gesprek met betrokkenen, over de wolf en de beschermde status van de wolf. Pas dan wil ze het bespreekbaar maken in de Tweede Kamer. "Tot die tijd houd ik me aan het bestaande beleid en de wetgeving."