Dit is een nieuwsbericht van
Omrop Fryslân

"Wol pake de kofje oanjaan?" Gerbrich de Jong doet onderzoek naar 'Friese' aanspreekvorm

De Friese taal heeft mooie eigenaardigheden en een daarvan is de aanspreekvorm in de derde persoon. Daarbij gebruik je geen 'do' of 'jo', maar zeg je bijvoorbeeld: 'Wol pake de kofje oanjaan?' Gerbrich de Jong heeft een promotiebeurs gekregen om daar onderzoek naar te doen.

Het gaat om een indirecte aanspreekvorm. Door te zeggen, 'kin buorfrou de doar iependwaan?', ga je het gebruiken van 'do' of jo' uit de weg. Maar in veel gevallen is het ook een teken van hoffelijkheid. Vaak wordt het ook in de familie gebruikt tegen andere mensen, bijvoorbeeld beppe of heit.

Promotiebeurs

Gerbrich de Jong is van plan om te promoveren op deze aanspreekvorm in de derde persoon. Ze werkt al zo'n zeven jaar als docent Fries voor de lerarenopleiding van NHL Stenden. Maandag werd bekend dat De Jong een van de 23 docenten is die de beurs krijgt, waarmee ze tijd kan vrijmaken om te promoveren.

Gerbrich de Jong

"Nu heb ik echt de tijd om dit onderzoek te doen", vertelt De Jong. "Tot nu toe was het meer hobbywerk, het was een interesse van me. Maar ik had er geen tijd voor. Door deze beurs word ik twee dagen in de week vrijgehouden om dit te doen."

Een groter onderzoek naar de aanspreekvorm

In 2014 schreef De Jong samen met Femke Swarte al een artikel voor de Rijksuniversiteit Groningen over acceptatie van de 'derdepersoons-aanspreekvorm' in het Nederlands. Daar kwamen al een tal van mooie conclusies uit, maar het vroeg ook om een vervolg.

Sommige collega's die niet uit Fryslân komen en met deze vorm aangesproken worden, vinden dat raar.

Gerbrich de Jong

Een van de zaken die ze wil weten, is hoe vaak de vorm eigenlijk wordt gebruikt in Fryslân. "Mijn indruk is dat het vooral in de familiesfeer vrij gebruikelijk is: tegen pake en beppe, tegen heit en mem. Maar er zijn ook mensen die het doen tegen de buurman, buurvrouw en docenten."

Dat laatste is voor sommige docenten wel wat vreemd. "Ik word zelf ook wel eens in de derde persoon aangesproken door studenten. Maar sommige collega's die niet uit Fryslân komen en ook zo worden aangesproken, vinden dat raar."

De studenten bedoelen het echter goed, legt De Jong uit. "Want 'jij' vinden ze raar en 'u' vinden ze afstandelijk. Daarom gebruiken ze dan de voornaam."

Gerbrich de Jong werkt als docent Fries voor de lerarenopleiding van NHL Stenden

Voor De Jong staan vier vragen centraal. Ten eerste: waar komt de aanspreekvorm eigenlijk vandaan? Daarvoor wil ze de geschiedenis induiken, om te kijken wanneer de vorm is ontstaan. "Hoe komt het bijvoorbeeld dat deze vorm in het Fries zo sterk staat? In het Nederlands was het ooit ook gebruikelijk, maar nu niet meer. Waarom in het Fries dan wel?"

Vooral in de Friese Wouden?

Ten tweede: hoe wordt de aanspreekvorm vandaag de dag gebruikt? Zo werd eerder duidelijk dat er mogelijk regionale verschillen zijn: dat de vorm bijvoorbeeld in de Friese Wouden meer wordt gebruikt dan in de Zuidwesthoek. "Ik heb een vriend in Workum. Die vindt het heel vreemd dat ik mijn ouders op die manier aanspreek, hij had er nog nooit van gehoord.

Er is dus een regionale factor, maar er is nooit systematisch onderzoek naar gedaan, zegt De Jong. "Daarom wil ik de provincie in, naar de scholen toe. Daar wil ik kinderen van 15 jaar vragen naar hoe ze hun ouders, pake en beppe en andere mensen aanspreken. Zo kan ik hopelijk grip krijgen op de regionale verschillen."

Als derde constateert De Jong dat in het Nederlands 'jij' in opkomst is. Zij wil weten of er in het Fries langzamerhand ook meer getutoyeerd wordt. En als vierde: wat is precies de impact van de aanspreekvorm?

Meer bewustwording en waardering

Het is geen typisch Friese vorm, weet De Jong. Het gebeurt ook wel bij Groningers, zegt ze. Dus het is niet uniek voor Fryslân. In het Nederlands wordt de vorm tegenwoordig nog wel gebruikt, maar in andere situaties.

Dan gebeurt het van 'hoog naar laag', omschrijft De Jong. "Bijvoorbeeld tegen beesten of kleine kinderen. Het is niet gebruikelijk om de vorm te gebruiken tegen iemand tegen wie je juist fatsoenlijk wilt zijn.

Daarom kijken Nederlandstaligen soms gek op als de vorm tegen hen wordt gebruikt. Het onderwijs moet daarom niet alleen wetenschappelijk zijn. De Jong hoopt dus dat het ook wat bewustwording kan opleveren. En wat waardering, voor die aparte, maar fatsoenlijke aanspreekvorm in het Fries.

Deel artikel: