Dit is een nieuwsbericht van
RTV Oost

Fors minder opnames Eerste Hart Hulp MST tijdens eerste coronabesmettingsgolf

Het aantal opnames op de Eerste Hart Hulp bij MST daalde tijdens de eerste coronabesmettingsgolf met 40 procent in vergelijking met dezelfde periode in 2019. Dat blijkt uit een Europese studie waaraan het ziekenhuis in Enschede deelnam.

De Nederlandse hoofdonderzoeker Frank Halfwerk van MST denkt dat de afname van het aantal opgenomen patiënten op de EHH deels te maken heeft gehad met de angst voor het coronavirus. Mensen durfden niet naar het ziekenhuis te komen. Ook denkt hij dat mensen in coronatijd minder actief zijn geweest.

"We zijn meer thuis gaan werken en ook minder gaan sporten en bewegen. Acute hartklachten kunnen zich dan later openbaren. Bij inspanning ervaar je eerder hartklachten dan wanneer je thuis op de bank televisie zit te kijken."

"Blijf bewegen"

Halfwerk adviseert mensen om zo gezond mogelijk te leven. "Eet gezond en blijf vooral bewegen. Ga eens een blokje om als je thuis werkt. Dan komen hartklachten ook eerder aan het licht."

Verder dringt Halfwerk er op aan dat mensen niet moeten wachten met het inschakelen van een arts als ze symptomen hebben die kunnen duiden op een hartaandoening, zoals kortademigheid, druk op de borst of misselijkheid.

Blijf bewegen. Ga een blokje om als je thuis werkt

Frank Halfwerk, technisch geneeskundige MST

Eerste Hart Hulp

De Eerste Hart Hulp bij MST is onderdeel van het Thoraxcentrum. Frank Halfwerk is hier werkzaam als technisch geneeskundige. "Wanneer een huisarts, cardioloog of medewerkers van de ambulancedienst vermoeden dat iemand acute hartklachten heeft, wordt hij naar de Eerste Hart Hulp gebracht. Patiënten verblijven hier doorgaans tussen de 2 en 24 uur."

Kortere ligtijd

Tijdens de eerste besmettingsgolf lagen patiënten gemiddeld genomen korter op de EHH. Daar is een verklaring voor, zegt Halfwerk. "We hebben alleen het hoognodige binnen de acute opname gedaan. Planbare zorg, zoals vervolgonderzoeken, hebben we uitgesteld. Op die manier konden we plek maken voor ernstig zieke (corona)patiënten."

Of het eerdere ontslag invloed heeft op de gezondheid van patiënten is niet bekend. "Vervolgstudies moeten dat gaan onderzoeken. Wellicht dat daaruit blijkt dat vervolgonderzoeken zonder problemen later kunnen plaatsvinden."

Spoedeisende hulp

Behalve een afname van het aantal patiënten op de EHH, nam ook het aantal opnames op de spoedeisende hulp af. De afname bedroeg hier 30 procent. "Opvallend is dat het soort patiënt hier veranderde", zegt Halfwerk. Er werden iets vaker mannen en patiënten onder de 65 jaar opgenomen.

Het sterftecijfer op de spoedeisende hulp was tijdens de eerste besmettingsgolf iets hoger dan normaal. "Waar eerder Europees gezien 2 op de 1.000 patiënten kwam te overlijden, was dat nu 6 op de 1.000. Op een totaal van 50.000 patiënten gaat het toch om een hele groep."

Een wetenschappelijk verantwoorde verklaring voor het hogere sterftecijfer is er niet. De onderzoekers speculeren dat patiënten wellicht later de spoedeisende hulp bezochten met daardoor een slechtere uitgangssituatie.

Europees onderzoek

Voor heel Europa geldt dat er tijdens de eerste coronagolf 30 procent minder patiënten zijn opgenomen op een EHH in vergelijking met dezelfde periode in 2019. De studie waaruit dat blijkt is de afgelopen week gepubliceerd in het tijdschrift The American Journal of Medicine.

In totaal deden vijftien ziekenhuizen uit twaalf Europese landen er aan mee, waaronder twee uit Nederland: het St Antonius Ziekenhuis uit Nieuwegein en MST. Het onderzoek bevestigt wat deskundigen in april al vermoedden, namelijk dat patiënten met ernstige gezondheidsklachten het ziekenhuis mijden.

Deel artikel: