Deze bekende Rotterdamse winkel sluit na 67 jaar: 'Een vaste klant bracht zelfs een zelfgeschreven gedicht langs'
Sinds 1958 zit kantoorboekhandel Rembrandt op de Oude Dijk, een begrip in Kralingen. Eigenaar Rob werkte hier sinds 1983 en is eigenaar sinds 1990, toen zijn vader plotseling overleed. Nu heeft hij besloten te stoppen, waarmee een einde komt aan een tijdperk. Het meest opvallende: in al die jaren maakte hij nooit iets vervelends mee.
Pakweg 39 keer per dag voert hij hetzelfde gesprek, zegt eigenaar Rob de Jong lachend. Gaat u dicht? Oh wat jammer zeg! Hoe lang dan nog? En wat gaat u dan doen? De antwoorden kan hij inmiddels dromen. En toch raken ze hem. Afgelopen week nog. Toen stond er opeens een oude dame voor zijn neus die toch zeker dertig jaar klant is geweest. Zij in tranen. Hij ook.
"Stonden we samen te brullen," vertelt hij. "Maar goed, dat is ook prima. Het is wat psychologen zeggen: dit hoort bij het afronden van een proces. Rembrandt is een heel tijdperk in mijn leven geweest. Ik denk dat er nog veel meer tranen gaan komen."
Nog precies zoals in de jaren '50
Rembrandt begon in 1958 in precies dezelfde zaak als waarin hij nu staat. Het meubel waar de agenda's op liggen is precies dezelfde als in de beginjaren, toen zijn vader de zaak runde. Het was een zaak zoals Rotterdam er in de jaren vijftig nog tientallen had, misschien wel honderden. De eigenaar, Robs vader, woonde boven de winkel en 'draaide' de winkel zelf, zonder personeel.
Het assortiment was enorm, de zaak straalde vakmanschap uit. Zijn vader droeg nog net geen stofjas. Rembrandt stond zich er op voor een enorm assortiment te hebben. En als iets niet in de winkel was, dan was het zo besteld. Zo begon het al voor de oorlog, toen Rembrandt nog op een andere plek zat in Kralingen. Zo ging het na 1958 verder in dit hoekpand. En zo is het nu nog. Nog heel even.
Gaat u weg? Gaat u stoppen? Oh, wat raar. En nu? Nu moet ik online bestellen, zeker?
Mijn hart is weg
Nog dik dertig dagen, dan is de zaak dicht. Maar ook nu nog liggen er bestellingen klaar. Van pennen tot jaarkalenders. Een klant heeft al een weekkalender voor 2024 besteld. Die ligt klaar. Een prijsje erop: 2,95. Nog een maand tijd is er om die op te halen. Daarna is het klaar. De deuren van Rembrandt gaan voorgoed op slot.
In dit pand komt een winkel te zitten, heeft de pandeigenaar laten weten, maar wat voor winkel, dat weet Rob niet. "Mijn hart is al een beetje uit de zaak," bekent hij. "Kijk nou om je heen, dit is toch niet mooi meer?" Op veel producten zitten oranje stickers. Rembrandt houdt al uitverkoop. "Het ziet er niet uit. Ik ontkom er niet aan, maar ik vind het een vreselijk gezicht. Dit past helemaal niet bij me. Ik houd juist van nette zaken."
Rob was 23 en klaar met militaire dienst toen zijn vader hem in 1983 vroeg in Rembrandt te komen werken. Rembrandt verkocht speelgoed, schilderspullen. "De zaken gingen goed." Maar toen stierf zijn vader plotseling, in 1990, 57 jaar oud pas. "Een gesprongen aorta. Opeens was hij er niet meer, er was geen redden aan."
Als vanzelf nam Rob de zaak over. Met zijn moeder zette hij de schouders eronder en er kwamen personeelsleden bij. Zo bleef het schip drijven.
Een pen van 27.500 gulden
Natuurlijk veranderde er veel, door de jaren heen. "Vroeger verkochten we heel veel spullen aan kunstschilders. Ik ben zelf gekker op pennen. Dus dat assortiment is enorm uitgebreid. Daarom kwamen mensen naar ons."
Jaren geleden verkocht hij zelfs een pen voor 27.500 gulden. Maar veel bleef vooral hetzelfde. "De toonbank bijvoorbeeld. Die staat echt al járen op die plek. Ja, ooit stond 'ie voor het raam. Maar daarna? Altijd hier."
Vakkennis verloren
Sluit hij de winkel omdat mensen tegenwoordig veel meer online bestellen? Je zou denken van wel, maar het raakte zijn zaak niet, zegt Rob. "Geen last van gehad. Ik denk echt dat mensen iets willen aanraken voor ze het kopen. En advies willen krijgen. Dat krijg je in deze winkel."
Dit raakt hem nog het meest. "Ja, er gaat iets verloren in Rotterdam. En er zijn al zoveel oude zaakjes verdwenen. Maar wat me vooral raakt is dit: als wij dichtgaan, verdwijnt er weer een beetje vakkennis."
Zwaar was de coronacrisis, legt hij uit. "Ik moest het loon van onze mensen bijbetalen uit eigen zak en we gingen bijna ten onder, maar we overleefden het gelukkig toch."
Dat de straat open ging in 2012 was nog veel pittiger. "Steun van de gemeente kregen we niet. Toen gingen we echt bijna onderuit."
Deftige mensen en studenten
Ondertussen zag hij Kralingen veranderen. "Het is een fijne straat en een geweldige wijk. Hier wonen deftige mensen, studenten, alles door elkaar. En iedereen kwam hier de afgelopen jaren over de vloer. Maar de straat is wel veranderd. Er zaten hier allemaal winkels. Een slager, een bakker. Er hoefde maar iets te zijn of we hielpen elkaar. Nu zitten er vooral restaurants. Veel van de eigenaren ken ik niet eens." Het is, vindt hij, harder geworden. "Maar dat geldt voor de hele maatschappij.”
Dat vindt hij jammer. "Ik verbaas me er wel over. Ook over deze straat, het is hier een racebaan geworden." Toch verhuisde hij met Rembrandt nooit. "Ik ben wel gevraagd hoor. Om naar de Lusthofstraat te verhuizen, hier om de hoek. Een prachtige winkelstraat natuurlijk. Maar ik dacht: ik blijf hier. We zaten hier al zo lang en de huur was hier veel beter te betalen. En dat niet alleen: de klanten van daar wisten ons toch wel te vinden."
Gaat u weg? Gaat u stoppen? Oh, wat raar. En nu? Nu moet ik online bestellen, zeker?
Geen faillissement, geen zwart gat
Failliet ging hij nooit. Dat benadrukt hij. "Die posters op de ramen met opheffingsuitverkoop zijn vreselijk, dat vind ik ook. Want we zijn niet failliet. Laat ik dat nog een keer zeggen." Lachend: "Kralingen is net een dorp. Voor je het weet is het een roddel."
Het besluit om te stoppen nam hij zelf, toen vorig jaar een personeelslid vertelde te stoppen. "Toen ben ik gaan nadenken. Ik heb altijd gezegd: ik ga door tot mijn 65e. Ik ben nu 62, maar ik ben toch maar gaan rekenen. Hoe zit het met mijn pensioen? Mijn vrouw en ik kwamen erachter: we kunnen wel rondkomen. Het is goed zo."
Bang voor het zwarte gat is hij niet. "Wij handelen een beetje in antiek en rijden in de weekenden al een tijd markten in België en Frankrijk af. Mijn vrouw en ik vinden dat heerlijk. Drie dagen per week zorgen we voor de kleinkinderen. En mijn moeder, die veel klanten nog wel zullen kennen, is 90. Zij heeft ook hulp nodig."
Bovendien, zegt hij, als de zaak dicht is, is hij zeker nog wel een maand bezig met het uitruimen. "We moeten de zaak kaal opleveren aan de verhuurder. In al die jaren hebben we zoveel vertimmerd: dat wordt nog een hele kluif."
Je stopt, zie ik op de deur hangen! Hoe lang ben je nog hier? En wat zijn je plannen nu? Oh, nog maar 39 dagen?
Zeker tachtig procent van de klanten kent hij langer. "Kijk," wijst hij naar de toonbank, waar met plakband een briefje op is geplakt. "Een klant van me, een lieve oudere mevrouw, schreef dit gedicht over de zaak. Ze kwam het zelf brengen. Dat is toch mooi? Weet je, in al die jaren hier heb ik nog nooit iets vervelends meegemaakt. Ik had altijd het idee dat we er voor elkaar zijn. Ik heb bijvoorbeeld een klant die geweldig kan tekenen, maar ook verslaafd is. Soms heeft hij geen geld. Dan kijken we elkaar en dan zeg ik: volgende week dan. En hij heeft me nooit, nooit niet alsnog betaald."
Wie zo lang in een winkel staat, krijgt vanzelf wel mensenkennis. "Sommigen komen al jaren. Die heb ik zien opgroeien en nu kopen ze hun pennen met hun kinderen hier. Dat heb ik altijd heel mooi gevonden."
Een definitief afscheid
Toch maakte hij in al die jaren geen échte vrienden. "Nee, er is eigenlijk altijd een beetje afstand gebleven. Veel van onze vaste klanten ken ik wel heel goed. Daar kan ik mee lezen en schrijven. Al jaren. Dat wel. Maar bij me thuis kwamen ze nooit. Dat betekent dus vooral dat ik veel mensen de komende weken voor het laatst ga zien." Dat doet hem wel wat. "Ja. Dat raakt me. Ach, heb ik toch weer tranen in mijn ogen."
"Op de laatste dag dat we open zijn drinken we hier gewoon een wijntje met elkaar”, voorspelt hij. “Iedereen is dan van harte welkom. Natuurlijk." Droog zal hij het niet houden. "Dat mensen dag komen zeggen ontroert me." Dat grote afscheid nemen is al even geleden begonnen. Dagelijks stappen er mensen de zaak binnen die van de sluiting hebben gehoord. Sommigen wonen al jaren niet meer in de buurt.
"Ik begrijp heel goed dat mensen deze zaak nog een laatste keer willen zien. En ik vind het ook fijn als ze herinneringen ophalen hier. Het is toch een hele tijd geweest. Als ik straks zelf klaar ben? Ik woon in Hendrik Ido Ambacht. Ik zal hier niet elke week langsrijden. Ik ben vergroeid met deze straat, maar ik neem straks ook afstand. Het boek is gesloten. En het is goed zo."
Kantoorboekhandel Rembrandt zit op de hoek van de Oude Dijk en de Taborstraat in de Rotterdamse wijk Kralingen. Zaterdag 28 oktober is de laatste dag.