Rotterdams monument voor Tuschinski is inspiratie voor de toekomst en herdenking van het verleden
‘Niets is onmogelijk’ is een uitspraak van Abraham Tuschinski, de bioscoopmagnaat die zijn imperium in Rotterdam begint. ‘Niets is onmogelijk’ is de tekst die op de Ode aan Tuschinski in Rotterdam komt te staan. Het kunstwerk is een initiatief van Anne-Mercedes Langhorst.
De tekst niets is onmogelijk heeft voor de beeldend kunstenares een dubbele betekenis: “Het refereert voor mij aan de inspiratie, durf te dromen, sla je vleugels uit, leef je leven a la Tuschinski.”
Tuschinski opent zijn eerste bioscoop in 1911 in Rotterdam en drukt in de jaren erna een stempel op het culturele leven in de stad. Hij begint meerdere bioscopen en in 1923 openen de deuren van het Grand Theatre aan de Pompenburgsingel.
Grote dromen
In een advertentie in de verschillende kranten kondigt Tuschinski de opening van het Grand Theatre aan: “Een nieuw tijdperk voor de bioscoop wordt dan ingeluid, want de exploitatie van het Grand Theatre zal een zodanige zijn als alleen een wereldstadstheater als het onze zich kan veroorloven en dat alles in de schaduw zal stellen wat men tot op heden heeft gezien.”
Met niets is onmogelijk in zijn hoofd bouwt Tuschinski aan zijn imperium, hij draagt uit dat je vooral groot moet blijven dromen. Hij heeft een aantal bioscopen en het Grand Theatre in Rotterdam, maar slaat ook zijn vleugels uit buiten de stad. In 1921 is Theater Tuschinski in Amsterdam geopend. Nu nog steeds is de naam ‘Tuschinski’ verbonden aan het pand in de hoofdstad, waarin ook nog altijd een bioscoop is gevestigd.
Bombardement verwoest Rotterdams imperium
Van de bioscopen en theaters van Tuschinski in Rotterdam is niets meer terug te vinden. Op 14 mei 1940, zijn 54e verjaardag, ziet Tuschinski al zijn Rotterdamse zaken en zijn woonhuis verwoest worden door het Duitse bombardement op de stad.
En daarmee komen we op de tweede betekenis van niets is onmogelijk voor kunstenares Anne-Mercedes Langhorst. De joodse Abraham Icek Tuschinski zal de Tweede Wereldoorlog niet overleven. Hij wordt in juli 1942 in Rotterdam opgepakt. Via Westerbork wordt hij naar Auschwitz gedeporteerd. Daar wordt de bioscoopexploitant op 17 september 1942 vermoord.
“De wreedheden in de Tweede Wereldoorlog zijn gewoon bizar”, zegt Langhorst. “Voor mij draagt de tekst ‘niets is onmogelijk’ dat bewustzijn met zich mee. Daardoor heeft het kunstwerk voor mij twee lagen. Inspiratie voor de toekomst, maar ook de herdenking van het verleden.”
We ontmoeten Langhorst in de kersverse Tuschinskistraat in de nieuwe wijk Little C bij de Coolhaven in Rotterdam. Daar vlakbij moet ook het kunstwerk komen dat zij heeft ontworpen. Het is gebaseerd op het interieur van de theaters van Tuschinki.
De Rotterdamse kunstenares raakt geïnspireerd door Tuschinski als zij een aantal jaar geleden een lezing bijwoont over het boek ‘Het grootste van het grootste’ over het leven van de bioscoopmagnaat, geschreven door de Rotterdamse historici Nelleke Manneke en Arie van der Schoor.
“En toen ik die verhalen over Tuschinski hoorde, dacht ik ‘wow, dat ik niet eerder over hem heb gehoord’. Want Tuschinski was niet alleen een fantastische ondernemer, hij had ook nog een hele artistieke blik. Voor mij als kunstenaar is die combinatie belangrijk om te hebben.”
Herdenken en inspireren
Nadat ze zich meer in Tuschinski heeft verdiept, komt Langhorst tot de conclusie dat Tuschinski geëerd zou moeten worden in Rotterdam. Haar kunstwerk in de vorm van een podium is een ode aan Tuschinski. “Het podium is niet alleen ter herdenking maar ook ter inspiratie. Het is de bedoeling dat het een dynamisch kunstwerk wordt”, vertelt de Rotterdamse kunstenares.
“We nodigen dichters uit voor een performance, maar het is ook leuk als de studenten van de Hogeschool Rotterdam er hun diploma krijgen of er yogaklasjes gegeven worden.” Het is dus niet alleen een kunstwerk om naar te kijken, maar ook om te gebruiken.
De plek waar het kunstwerk moet komen is dus al bepaald. Ook heeft de Ode aan Tuschinski van de gemeente Rotterdam de status gedenkteken gekregen. Dat betekent dat het een plek voor altijd krijgt en dat de gemeente het onderhoud voor haar rekening neemt. Grote stappen op weg naar de voltooiing zijn dus gezet, maar Anne-Mercedes Langhorst is er samen met de Stichting Tuschinski Rotterdam nog niet.
De financiering is nog niet helemaal rond. “Dit is een bottom-up initiatief, je zou het kunnen vergelijken met een burgerinitiatief”, legt Langhorst uit. “Dat wil zeggen dat we heel veel zelf moeten doen. Wij zijn bezig met fondsenwerving en er zijn er al een paar gehonoreerd, maar we zoeken nog vijftigduizend euro.”
De Stichting Tuschinski Rotterdam helpt de kunstenares bij de zoektocht naar financiering.“We hopen dat we dat bedrag via bedrijven en particulieren bij elkaar kunnen krijgen”, zegt de initiatiefnemer voor het kunstwerk. “Als alles goed gaat, dan komt het er begin 2022”, besluit de kunstenares.