Ga. Stemmen.
Dat was wekenlang de boodschap, met name afgevuurd op jongeren. Logisch, want ruim 3 miljoen mensen tussen de 18 en 35 mochten stemmen. En die 3 miljoen konden in potentie 37,5 zetel vullen.
Maar, die 'macht' pakten ze niet. Jongeren kwamen lang niet allemaal opdagen of stemden op partijen die hoogstwaarschijnlijk niet genoeg stemmen halen voor een zetel.
Had dat veel invloed op de voorlopige uitslag? Dat is niet honderd procent zeker. Stemmen doe je anoniem, dus weten we niet wat álle jongeren (zouden) hebben gestemd. Maar we kunnen op basis van een steekproef wel een indicatie geven hoe anders de Kamer eruit had gezien als alléén de groep tussen de 18 en 35 was gaan stemmen.
Om die vergelijking te kunnen maken, kijken we allereerst naar de voorlopige telling (wel gebaseerd op echte stemmen) onder de héle stempopulatie. Daarin is de VVD de overduidelijke winnaar met 33 zetels, gevolgd door de PVV (20) het CDA (19) en D66 (19). GroenLinks won de meeste zetels, PvdA verloor het meest. Die zie je hieronder:
Maar dan. Stel dat de ongeveer 2 miljoen mensen tussen de 25 en 34 het alleen mochten bepalen. Dan had het plaatje er anders uitgezien. Kijk even mee:
De VVD (29) is bij die groep nog wel de grootste, maar D66 (22) en GroenLinks (17) komen een stuk dichterbij. De PVV (16) en het CDA (12) leveren juist in en de PvdA (5) en SP (10) zetten hun daling verder voort.
Opvallend: de 'overige partijen' - waaronder bijvoorbeeld de Partij voor de Dieren, Denk en Forum voor Democratie - zouden ruim een zesde van de Kamer vullen. En ook de kleine christelijke partijen ChristenUnie en SGP zijn populair. Zij zijn samen goed voor 13 zetels.
De 25 tot 34-jarigen hebben trouwens goed gebruikgemaakt van hun stemrecht. 82 procent van hen ging naar de stembus, hoger dan het landelijke gemiddelde.
En als we nog een leeftijdscategorietje zakken, naar 18 tot en met 24 jaar? Dan kantelt de uitslag volledig.
D66 is dan met 27 zetels de allergrootste, de VVD (26) volgt als tweede. GroenLinks komt op de derde plaats (22) en van de SP (7) en PvdA (3) blijft maar weinig over. Maar deze groep had meer invloed kunnen uitoefenen. Dat gebeurde niet: één op drie bleef thuis.