Deze Nederlandse standbeelden zijn ook omstreden

In de Verenigde Staten is discussie over standbeelden die te maken hebben met het slavernijverleden van de zuidelijke staten. Op veel plekken worden de beelden daarom weggehaald of van hun sokkel getrokken. In Charlottesville leidde dit tot heftige protesten en knokpartijen tussen voor- en tegenstanders.

Nederland heeft ook een slavernijverleden. Hebben wij dan ook standbeelden die hier een connectie mee hebben? En als die beelden ergens staan: hoe gaan we er dan mee om?

We zochten naar standbeelden in Nederland die te maken hebben met het koloniale verleden. In deze video zie je waar ze staan en wat we er mee doen.

Deze Nederlandse standbeelden zijn omstreden

We vonden er drie.

Peter Stuyvesant

In Amsterdam staat het West-Indisch Huis. Hiervandaan werd in de zeventiende eeuw een aantal jaren de West-Indische Compagnie (WIC) gerund. Alle Nederlandse handel van Afrika naar Amerika ging via de WIC. Op het binnenplein van het pand vind je een beeld van Peter Stuyvesant. Hij was de gouverneur van de stad die we nu kennen als New York.

"Niet veel mensen weten dat het beeld hier staat", vertelt Karwan Fatah-Black. Hij doet onderzoek naar het slavernijverleden van Nederland aan de universiteit Leiden. "Stuyvesant had grote plannen om via het knooppunt Curaçao de slavenhandel te laten lopen, maar daar lees je niets over bij dit beeldje."

Jan Pieterszoon Coen

Een standbeeld waarbij het omstreden verleden wel verteld wordt, is dat van Jan Pieterszoon Coen. Op een sokkel midden in Hoorn staat Coen heldhaftig voor zich uit te kijken. Maar aan de zijkant zit een bord waarop ook zijn wandaden op de Banda-eilanden worden vermeld.

Henk te Velde, hoogleraar vaderlandse geschiedenis, vertelt dat Coen de 'slager van Banda' werd genoemd. "Hij heeft duizenden doden op zijn geweten, omdat hij de strafexpedities op het Indische eiland Banda leidde." Dit ging om het alleenrecht van Nederland op de handel in nootmuskaat.

Generaal van Heutsz

Als gouverneur-generaal in Nederlands-Indië had generaal Van Heutsz een grote rol in de bloedige Atjeh-oorlog. Hij heeft volgens Fatah-Black honderdduizenden doden op zijn geweten. Maar hij werd in eerste instantie geprezen door koningin Wilhelmina, die hem een hoge onderscheiding gaf.

Het standbeeld dat in de jaren 30 voor hem werd opgericht, was vanaf het begin al omstreden. "Misschien dat de ontwerper het daarom ook abstract heeft gehouden en niet een herkenbaar beeld van Van Heutsz zelf heeft gemaakt", is de analyse van Fatah-Black. "De betekenis van het standbeeld kon ook makkelijk veranderd worden naar een algemeen monument voor de connectie tussen Nederland en Indië."

Dat er in Nederland niet meer omstreden standbeelden staan, komt doordat we onze helden sowieso niet zo snel op een sokkel plaatsen. Er is volgens Fatah-Black wel meer discussie gekomen over de beelden, straatnamen en tunnels die wel omstreden zijn. "Het is goed dat we deze kant van de geschiedenis erkennen en ook laten zien. Dat is beter dan de beelden weghalen uit het straatbeeld."

Te Velde sluit daar bij aan. "De beelden die we hier hebben zijn meer ingetogen dan die in de VS. Dat zijn echt uitdagende beelden die duidelijk pro-slavernij figuren op een voetstuk plaatsen. In Nederland is het van een andere orde van grootte."

Deel artikel: