Het nieuws over de transfer van voetballer Carlos Tévez – die overkomt naar de Chinese voetbalclub Shanghai Shenhua – laat nog maar eens zien hoe ze in China bezig zijn met het binnenhalen van voetbaltalent.
Geen wonder: uit het land van bijna 1,4 miljard inwoners komen amper stervoetballers. China (nummer 78 op de FIFA-wereldranglijst) staat momenteel stijf onderaan in de WK-kwalificatie.
Waarom zijn Chinezen zo slecht in voetbal?
Net als het bedrijfsleven
NOS-correspondent Marieke de Vries maakte al meerdere verhalen over het voetbal in China. "De voetbalsport zit niet in de Chinese cultuur", zegt ze. "Hier groeien ze niet op met trapveldjes en zijn voetballers nog geen jeugdhelden. Kinderen krijgen er nog weinig van mee."
Daarom benaderen ze in China het voetbal zoals ze dat ook in het zakenleven doen. "Ze halen talent en kennis vanuit het buitenland naar China om ervan te leren, zodat ze het er weer uit kunnen schoppen zodra ze het kunstje kennen", zegt De Vries. "En dat heeft in het bedrijfsleven altijd vrij succesvol gewerkt – in het voetbal schiet dat nog niet op.”
Bij individuele sporten zoals tafeltennis en schoonspringen behoort China al jaren tot de absolute wereldtop. Dat kun je niet zeggen voor veel teamsporten. "Op het veld zie je ook dat de spelers elkaar minder snel iets gunnen", zegt Marieke.
Vincent Galliard (29) kan er uit eigen ervaring over meepraten. Hij werkte van december 2015 tot september 2016 voor een Chinese voetbalschool en -club. Hij herkent het verhaal van Marieke over het gebrek aan teamspirit. "Ze oefenen wel trucjes en balletje hooghouden, maar anticiperen op posities van medespelers wordt overgeslagen."
Dat heeft volgens sommige onderzoeken te maken met de eenkindpolitiek waarmee de huidige generatie sporters is opgegroeid, zegt Marieke. "Helemaal zeker is dat niet, maar het klinkt aannemelijk: als enig kind kregen ze de volledige aandacht van hun ouders. De druk van presteren rust dus van jongs af aan op hun schouders."
"Op een voetbalveld betekent dat dat spelers weinig risico nemen en niet zo snel die pass zullen geven", vertelt Vincent.
Maar Chinese clubs betalen niet alleen zo veel voor de spelers omdat hun kennis over voetbal vrij beperkt is. "Een andere factor is dat de clubs in het bezit zijn van steenrijke vastgoedeigenaren", vertelt Marieke. "Zij willen met de investering een wit voetje halen bij president Xi Jinping. Hij is een groot voetbalfan."
Het maakt daarbij niet uit of de speler in kwestie ook echt het geld waard is. Het gaat om de kwantiteit.
Toch is dat volgens Vincent niet helemaal verkeerd. "Die sterspelers zorgen er wel voor dat voetbal in the picture komt en jongeren enthousiast worden. En daar gaat het om. Zij kunnen zich namelijk nog wel ver ontwikkelen en zorgen dat China ooit een keer wereldkampioen wordt, in tegenstelling tot de huidige profs."
En hoelang dat nog gaat duren? "Je ziet dat er steeds meer jeugdopleidingen bij komen, da's relatief nieuw. Er lopen nu echt heel veel jonge talenten rond van 12, 13 en 14 jaar. Over acht jaar zullen we het verschil wel gaan merken."