Een kruising tussen waterpolo, rugby en kanoën: dat is kanopolo, en de watersport groeit in populariteit. Voordat we naar de cijfers gaan om dat te bewijzen, eerst maar eens wat beelden zodat je begrijpt wat de sport ongeveer inhoudt. We keken op een training in Haarlem mee bij Wouter Wiedemeijer (28), die de sport al 14 jaar beoefent.
Hoewel Wouter tot een relatief klein clubje van ongeveer 360 actieve beoefenaars behoort, zit de sport wel degelijk in de lift. In de afgelopen tien jaar is het aantal kanopolospelers én -teams met bijna de helft gestegen.
En niet veel mensen weten het, maar 'we' zijn er ook nog eens vrij goed in: in 2004, 2008 én 2012 werd Nederland wereldkampioen uit een deelnemersveld van zo'n 20 teams. In september speelt Nederland ook mee op het WK in Sicilië.
"Het zijn met name die successen die de sport een boost hebben gegeven", zegt Martijn Rol van de kanopolocommissie. "In 2006 organiseerden we zelf het WK, wat ook tot een extra toestroom heeft geleid. Dat zie je met name terug in het aantal teams in de competities."
In Amsterdam bijvoorbeeld, waar kanovereniging Zeeburg vanaf komend seizoen ook een kanopolo-afdeling begint. "Een aantal leden van onze vereniging vroeg daar om", zegt Rolf Kleef van de club. "We zijn meer een tour-vereniging maar dat is voor de meeste jeugd niet zo spannend. Kanopolo is spectaculair om naar te kijken. We hopen zo nieuwe leden aan te trekken."
De aantrekkelijkheid van de sport is ook het Internationaal Olympisch Comité (IOC) opgevallen. Zij hebben bij de Internationale Kano Federatie aangegeven dat de traditionele olympische kanodisciplines (vlakwater en slalom) voor de kijker niet altijd even spannend zijn en dat er iets moet veranderen.
"En dus is de sport dichter bij een olympische status dan ooit", zegt topsportcoördinator Jacques Webbers. "Eind november is er een congres, waar gestemd mag worden door alle leden van de federatie. Kanopolo is een van de kandidaten om een traditionele discipline te vervangen."
Dat is ook mogelijk omdat de sport internationaal gezien verder doorbreekt. Vooral in Azië groeit kanopolo, en net als bij voetbal exporteert Nederland ook hier technische kennis. "Er zit nu een speler uit Uithoorn betaald 9 maanden in Taiwan om de sport daar op te zetten", zegt Martijn Rol.
Mocht kanopolo daadwerkelijk olympisch worden, dan is herenbondscoach Kasper Schagen een blij man. "Dat geeft een enorme boost, het zorgt voor meer aandacht, meer aantrekkingskracht en meer sponsoren. Dat laatste betekent professionelere trainingskampen en dat zou mooi zijn, want daar betalen internationals nu nog zelf voor."
Maar ook de tv-kijker zou wat winnen als kanopolo vanaf 2024 gaat meedraaien. "Het is een explosieve sport, met gevechten om de bal en om posities. Je mag over de tegenstander varen, scoren met je peddel, het is heel dynamisch. Een echte kijksport dus."