"Ebola-patiënten weggestuurd"
"We hebben medewerkers bij de poort die niets anders doen dan mensen wegsturen. Dat is niet makkelijk, want we weten ook niet waar die heen moeten", zegt Karline Kleijer van Artsen zonder Grenzen.
In West-Afrika verspreidt de ebola-epidemie zich nog altijd razendsnel. Om patiënten op te vangen opende Artsen zonder Grenzen vorige week een noodkliniek in de Liberiaanse hoofdstad Monrovia. Al na vier dagen was de kliniek vol.
Op dit moment zijn er zo'n 200 patiënten in de kliniek. Volgens Kleijer hadden dat er al meer dan 600 kunnen zijn als ze de deuren wijd open hadden gezet. Dat kan niet, omdat zoveel met ebola besmette mensen gevaarlijk zouden zijn voor de medewerkers van Artsen zonder Grenzen.
Niet opgenomen
Omdat er niet genoeg noodklinieken zijn en de reguliere gezondheidszorg niet functioneert kunnen de meeste ebolapatiënten niet worden opgenomen. Daarom wordt de kliniek uitgebreid met nog eens tientallen bedden. Maar ook dat is niet genoeg. "We weten dat er duizenden patiënten op straat lopen die ondertussen andere mensen besmetten", zegt Kleijer.
Volgens haar zijn er niet genoeg middelen om de mensen op te sporen waarmee patiënten contact hebben gehad. Er kan dus niet achterhaald worden of die ook besmet zijn geraakt. "Ook de huizen van patiënten moeten worden ontsmet. Dat gebeurt nu niet."
Emotioneel
Het werk van de hulpverleners is zwaar. Het is bloedheet in de pakken die ze aan moeten en er is altijd het risico om besmet te raken met het virus.
Ook emotioneel is het moeilijk, zegt Kleijer. "Een van de zwaarste momenten is als mensen doodgaan wanneer ze hier aankomen. Daar is vaak familie bij en dan krijg je dat verdriet ook mee."
"Maar wat ik het gekste vind is dat ik met patiënten praat waarvan ik weet dat ze een paar dagen later dood zijn."