NOS NieuwsAangepast

Onterechte dwangsom Greenpeace

De Raad van State vindt dat het Rijk in 2011 Greenpeace ten onrechte een dwangsom heeft opgelegd. De toenmalige staatssecretaris van Milieu bepaalde dat de milieuorganisatie 200.000 euro moest betalen als ze nog eens stenen zou laten afzinken in de Noordzee. De rechtbank in Amsterdam gaf de staatssecretaris gelijk, maar de Raad van State heeft dat besluit nu vernietigd.

Greenpeace liet drie jaar geleden 27 grote stenen en een aantal houten zeepaarden afzinken op de bodem van het gebied De Klaverbank in de Noordzee. De actievoerders wilden zo aandacht vragen voor de bescherming van de biodiversiteit. Volgens Greenpeace schiet de Staat daarin tekort.

Vergunning

De staatssecretaris vond dat Greenpeace voor de actie een vergunning had moeten hebben. Volgens hem waren de stenen en zeepaarden afvalstoffen. Voor elke keer dat de milieuorganisatie de actie zou herhalen, zou een dwangsom moeten worden betaald.

Maar de Raad van State vindt dat de stenen en zeepaarden "gelet op de omstandigheden" niet kunnen worden aangemerkt als afvalstoffen. De Raad benadrukt dat Greenpeace met het oog op de veiligheid precies heeft aangegeven waar de stenen en zeepaarden zijn afgezonken. Verder verwijst de Raad naar de aard van de materialen en het doel van de actie.

Geen beroep

De Raad van State vindt dat Greenpeace geen regels heeft overtreden. Tegen de uitspraak van de Raad is geen hoger beroep mogelijk.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl