Slotverklaring NSS-top bijna klaar

Over een maand komen 53 wereldleiders naar Den Haag voor de Nucleair Security Summit. Ze proberen daar afspraken te maken over het verminderen van gevaarlijk nucleair materiaal en de beveiliging daarvan. Volgens de Nederlandse hoofdonderhandelaar Piet de Klerk is de slotverklaring al bijna klaar.

Aan het slotdocument, waarin de afspraken worden vastgelegd, wordt achter de schermen al maanden gewerkt. Volgens De Klerk gaat dat de goede kant op. Hij heeft nog een paar weken de tijd om "nog wat plooien glad te strijken".

De Klerk ziet nu al veel vooruitgang: "Het aantal landen met meer dan een kilo hoogverrijkt uranium is aan het dalen. Dat waren er 25, nu nog maar 18". Hij hoopt dat er op de conferentie strenge normen worden afgesproken, zodat terroristen niet aan nucleair materiaal kunnen komen. Heet hangijzer bij de onderhandelingen: hoe formuleer je dat landen zo weinig mogelijk gevaarlijk materiaal in huis mogen hebben?

Minder en veiliger

Ook over de beveiliging van nucleair materiaal moeten afspraken worden gemaakt. Als landen hun aanpak onderling vergelijken komt de beste methode bovendrijven. Maar dat ligt gevoelig, want niet ieder land is er even happig op om details prijs te geven over beveiliging van zijn nucleaire installaties.

Juist daarom is het volgens De Klerk nuttig dat de wereldleiders 24 maart naar Den Haag komen. "Onderhandelaars moeten op een gegeven moment de strijd staken." Een duidelijke deadline kan dan helpen: als straks Poetin en Obama aanschuiven, kunnen er knopen worden doorgehakt.

Niet bindend

De slotverklaring van Den Haag is geen verdrag. Landen kunnen elkaar er dus niet juridisch op aanspreken; ieder land blijft zelf verantwoordelijk voor de beveiliging van zijn nucleair materiaal. "Verplichte inspecties, dat ligt te gevoelig. Maar Nederland geeft wel het goede voorbeeld, doordat wij zelf inspecteurs hebben uitgenodigd. Het kan dus wel op vrijwillige basis."

De Klerk houdt zich de komende maand zuiver en alleen bezig met de onderhandelingen. Met de enorme organisatie van de top zelf -de pasjes, scanners, wegafzettingen en beveiliging van 53 wereldleiders - heeft hij niets te maken. Met een brede glimlach: "Vraag dat maar aan iemand anders."