Winkelier kijkt mee via smartphone
Steeds meer winkelketens houden het gedrag van consumenten in de gaten door middel van wifi-tracking, zonder hen hierover te informeren. Het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) staat daar kritisch tegenover.
Met wifi-tracking maken winkelbedrijven verbinding met de smartphone van de klant, via wifi of bluetooth. Met de gegevens van het zogenoemde MAC-adres kunnen winkeliers bijvoorbeeld zien hoelang iemand in de winkel blijft en bij welke schappen hij zoekt.
Deze informatie kan vervolgens ook aan andere informatie worden gekoppeld, zoals eerdere aankopen en online koopgedrag. Met die data kan er een profiel van de consument worden gemaakt, zonder dat die het weet.
Steeds vaker
Uit een onderzoek van technologiesite Tweakers blijkt dat steeds meer winkeliers gebruikmaken van deze methode. Zo maakt ook de winkelketen Bas Group, het moederbedrijf van Dixons, Mycom en iCentre gebruik van wifi-tracking.
De winkel meet volgens Tweakers niet alleen hoeveel bezoekers er binnenkomen, maar ook hoelang ze er blijven, hoeveel mensen niet naar binnen gaan en welke bezoekers al eerder in de winkel van de Bas Group zijn geweest. De informatie wordt in een centrale database opgeslagen.
Topman Steven Bakker van Bas Group zegt dat de gegevens worden gebruikt om te registreren hoe druk het is. Het systeem is volgens hem volledig anoniem. De gegevens worden niet gekoppeld aan andere databases. In de filialen komen volgens Bakker bordjes en stickers waarop staat dat de winkels gebruikmaken van wifi-tracking.
CBP
Het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) onderstreept dat winkeliers met wifi-tracking altijd hun klanten dienen te informeren dat gegevens gebruikt worden.
Voorzitter Jacob Kohnstamm van het CBP vindt een sticker wel het minste wat winkeliers moeten doen. Hij vindt dat er te geheimzinnig wordt gedaan over wifi-tracking en dat kan een onprettig gevoel geven. "Als je het weet en je wilt het niet, kun je je telefooninstellingen wijzigen, dus wifi uitzetten", zei hij op Radio 1.
Als er meer met de gegevens wordt gedaan dan alleen het aantal bezoekers registreren, moeten mensen daarover worden geïnformeerd. "Niet informeren is tegen de wet," zegt Kohnstamm, "de bescherming van persoonsgegevens is een grondrecht. Als je meer gegevens wilt opslaan, moet je toestemming vragen."