NOS NieuwsAangepast

Hulp bij zelfdoding: de praktijk

Huisarts Tromp hielp bij de dood van een terminale kankerpatiënt in Tuitjenhorn. Volgens bronnen diende hij de man zeer hoge doses morfine en dormicum toe. De arts werd op non-actief gesteld en pleegde enkele dagen later zelfmoord. In de kwestie kwamen allerlei termen voorbij die te maken hebben met hulp bij zelfdoding. Vijf basisvragen op een rij:

1. Wat is palliatieve zorg?

Palliatieve zorg is zorg die gericht is op het verlichten van lijden in de laatste levensfase van een terminaal zieke patiënt en het ondersteunen van naasten. Palliatieve sedatie en euthanasie zijn allebei een vorm van palliatieve zorg. De Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (KNMG) heeft twee richtlijnen opgesteld, die artsen in deze fase mogelijk kunnen ondersteunen. Dat zijn de richtlijnen palliatieve sedatie en uitvoering euthanasie en hulp bij zelfdoding.

2. Wat is euthanasie?

Het doel van euthanasie is overlijden. Tot euthanasie kan worden overgegaan als er sprake is van uitzichtloos ondraaglijk lijden. De patiënt legt een euthanasieverzoek schriftelijk vast. De besluitvorming is uitgebreid en er vindt verplicht consultatie plaats van een tweede, onafhankelijke arts, een zogenoemde SCEN-arts. Bij euthanasie wordt de patiënt eerst in coma gebracht. Vervolgens wordt een spierverslappend middel toegediend, waarna de patiënt overlijdt.

3. Wat is palliatieve sedatie?

Palliatieve sedatie is het opzettelijk verlagen van het bewustzijn van een patiënt in de laatste levensfase met als doel het lijden van de patiënt te verlichten. Palliatieve sedatie kan door de arts worden gestart als er sprake is van ondraaglijk lijden, in overleg met de patiënt of met een wettelijke vertegenwoordiger. Continue en diepe palliatieve sedatie mag worden gestart als het overlijden binnen 1 tot 2 weken wordt verwacht. Het beoordelen van de situatie is voorbehouden aan de arts. De arts kan lijden als ondraaglijk beoordelen als er sprake is van één of meerdere onbehandelbare symptomen, bijvoorbeeld pijn, kortademigheid of een delier. Dat laatste is een tijdelijke, acute verwardheidstoestand.

4. Welk middelen worden gebruikt?

Bij euthanasie wordt gebruikgemaakt van een middel waarmee de patiënt in coma wordt gebracht en van een spierverslapper. De arts is eindverantwoordelijk. De apotheker controleert of het farmaceutisch technisch handelen rond de levensbeëindiging op verantwoorde wijze en met de juiste middelen in de juiste dosering plaatsvindt.

Om palliatieve sedatie op te starten wordt begonnen met 10 milligram midazolam (dormicum). Daarna volgt een onderhoudsdosering van 1,5 - 2,5 mg per uur. Bij onvoldoende effect kan na minimaal twee uur een dosis van 5 mg worden gegeven. De onderhoudsdosering kan geleidelijk worden verhoogd.

5. Wanneer wordt morfine gebruikt?

Morfine wordt toegediend om zeer heftige pijn te bestrijden. Morfine valt onder de opiumwet. Het wordt voorgeschreven in situaties waarin niet-opioïde pijnbestrijdende middelen niet voldoen. Wanneer morfine met een spuit wordt toegediend, is de adviesdosering 5 tot 20 mg per keer, zo nodig elke 4 uur. 10 mg is het gebruikelijkst. Afhankelijk van de pijn is geleidelijke ophoging van de dosering mogelijk.

Bron: Richtlijnen KNMG en Farmacotherapeutisch Kompas

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl