Kunduz uit Duitse handen
De Duitse ministers De Maizière van Defensie en Westerwelle van Buitenlandse Zaken hebben in Afghanistan het kamp Kunduz aan de Afghaanse veiligheidsdiensten overgedragen. Daarmee is na tien jaar de inzet van Duitse militairen in de noordelijke regio geëindigd.
Momenteel zijn er ongeveer 4000 Duitse militairen in Afghanistan gelegerd, van wie 900 in Kunduz. Aan het eind van de maand moet het kampement ontruimd zijn. Dan nemen het Afghaanse leger en de politie het in gebruik. Het Duitse leger verblijft in het noorden van Afghanistan vanaf dan alleen nog in het hoofdkwartier in Mazar-e-Sharif.
In Afghanistan kwamen in totaal 54 Duitse militairen om het leven. De meesten sneuvelden in Kunduz en de naburige provincie Baghlan.
Terugtrekking
In juni namen de Afghaanse strijdkrachten de veiligheidstaken in het land formeel over van de door de NAVO geleide internationale troepenmacht. Sindsdien trekken buitenlandse militairen zich geleidelijk terug. In 2014 moet de aftocht voltooid zijn. Dan blijven er alleen nog buitenlandse trainers en adviseurs over.
Eind augustus kwam de vijfde en laatste groep Nederlandse politietrainers uit Afghanistan terug uit Kunduz. De missie in Kunduz eindigde op 1 juli, een jaar eerder dan was gepland. Reden was het vertrek van de Duitse militairen. Zij beschermden de Nederlandse trainers en vertrekken eerder dan aanvankelijk gedacht.