Bouterse vergeeft NL slavernij

Door correspondent Harmen Boerboom

President Bouterse van Suriname vergeeft Nederland wat er in de slaventijd is gebeurd. Volgens Bouterse is het tijd om "de kolonisator" te vergeven "en door te gaan op de weg die in 1863 is ingeslagen". Hij vroeg de Surinaamse bevolking om Nederland ook te vergeven.

Bouterse sprak op de viering van de afschaffing van de slavernij op het Onafhankelijkheidsplein in het centrum van Paramaribo. Het feest werd gevierd door tienduizenden Surinamers.

Gisteren was het 150 jaar geleden dat in de Nederlandse kolonie Suriname de slavernij werd afgeschaft. Ook op de Nederlandse Antillen werd het houden en verkopen van slaven toen verboden.

Haat en wrok

Zonder direct in te gaan op de spijtbetuiging van vice-premier Asscher zei Bouterse: "Het waren dagen van martelingen en van andere mensonterende zaken. Maar laten wij dat achter ons laten. Wanneer de kolonisator gevraagd heeft om vergeving, laten wij hen dan ook vergeven."

Daarna vroeg hij aan de aanwezigen op het plein tot drie keer toe: "Gaan we ze vergeven?" Waarop met instemmend gejuich werd gereageerd. De president vervolgde: "Wij zijn nazaten en zij zijn nazaten. Wanneer we met haat en wrok in ons hart blijven doorgaan, dan is er geen plaats voor vooruitgang, voor liefde en voor samenwerking. Wij hebben elkaar nodig."

Bevoogding

Bouterse zei in zijn toespraak verder de 150ste verjaardag te zien als een moment in de geschiedenis om met eenheid de uitdaging aan te gaan die op de dag van de afschaffing van de slavernij aan het Surinaamse volk werd voorgelegd.

"Wij herdenken de afschaffing van de slavernij als een luid applaus voor de Surinamers. Zij zijn, ondanks de verguizing door de pers en machthebbers uit Europa, doorgegaan. Ze hebben gekozen voor de onzekerheid van het oerwoud, voor een onafhankelijkheid die niet precies te definiëren was en voor een revolutie die geen blauwdruk kende. Vrijheid en onzekerheid in plaats van slavernij en bevoogding eisen nu eenmaal moed, geduld en geloof", aldus de Surinaamse president.