Gewetensbezwaarden bleven thuis
De Partij van de Dieren schrijft geschiedenis door op 30 april niet een eed aan de nieuwe koning te willen zweren maar wel naar de Nieuwe Kerk te komen voor zijn inhuldiging. In het verleden bleven gewetensbezwaarden namelijk altijd thuis.
SDAP
Bij de inhuldiging van prinses Wilhelmina in 1898 waren er voor het eerst parlementsleden die om principiële redenen niet kwamen opdagen. SDAP'ers Pieter Jelles Troelstra en Henri van Kol waren officieel 'zonder opgaaf van redenen' afwezig, maar het was bekend dat ze het koningshuis het liefst zagen verdwijnen. Troelstra zou 20 jaar later nog een mislukte oproep doen voor een socialistische revolutie in ons land.
In totaal waren er in 1898 tien leden afwezig, onder meer door ziekte. ARP-voorman Abraham Kuyper liet verstek gaan omdat hij op dat moment een serie lezingen gaf in de VS. Het feit dat hij nooit persoonlijk trouw had gezworen aan de nieuwe koningin was overigens geen bezwaar toen hij 3 jaar later premier werd.
CPN
Bij de inhuldiging van Juliana meldde de halve fractie van de Communistische Partij Nederland (CPN) zich af. Fractievoorzitter Gerben Wagenaar was 'uitstedig', een ander was in het buitenland, een derde kon niet komen 'wegens ongesteldheid'. De vierde afwezige gaf niet aan waarom hij niet kwam.
Principiële redenen
In 1980, bij de inhuldiging van koningin Beatrix, wordt er voor het eerst openlijk gesproken over parlementsleden die "om principiële redenen" wegblijven. Het gaat om vijf van de veertien afwezigen: twee PvdA'ers, twee PSP'ers en een lid van D66. Daarnaast blijven drie mensen zonder opgaaf van reden weg: nog twee PvdA'ers en Hendrik Koekoek van de Boerenpartij.
De SP'ers Karabulut en Bashir meldden eerder dit jaar al dat ze er niks in zagen om een eed van trouw aan Willem-Alexander te zweren. Zij zeiden toen meteen al dat ze daarom wegblijven bij de ceremonie.