Kranten verdeeld over debat VS
Door correspondent Wouter Zwart
Nog precies twee weken te gaan in de race om het Amerikaanse presidentschap. Hoe luiden de commentaren in de belangrijkste kranten, de ochtend na het laatste verkiezingsdebat?
The New York Times...
...maakt gehakt van het optreden van Mitt Romney. In het stuk 'The Final Debate' verwijt de krant de Republikeinse kandidaat dat hij op het gebied van buitenlandpolitiek "weinig coherents te zeggen had en vaak klonk alsof hij de weg kwijt was." Volgens de commentator is "Romneys probleem dat hij eigenlijk geen echte ideeën heeft over buitenlandbeleid die anders zijn dan wat president Obama al heeft gedaan, of plant te doen.
De Times schildert Romney af als onervaren en naïef in kwesties als die van Irans nucleaire ambities en het aanpakken van terroristennetwerken. Als voorbeeld noemt de krant Romneys opmerking gisteravond dat Obama Pakistan om toestemming had moeten vragen voor het doden van Osama Bin Laden op Pakistaans grondgebied. Obama reageerde: "als we Pakistan toestemming hadden gevraagd, hadden we die niet gekregen."
De krant vergelijkt Romneys zwakke momenten gisteravond met die van "een deelnemer aan een schoonheidswedstrijd die zoekt naar het antwoord op de laatste vraag". Romneys antwoord, aldus de Times: "we willen een vreedzame planeet."
The Washington Post...
...pakt het bescheidener aan. Al verbaast ook columnist Eugene Robinson zich over een gebrek aan strijdvaardigheid bij Romney, gisteravond: "Obama was klaar om klappen uit te delen, Romney om terug te slaan. Of om zich -nu we toch boksmetaforen misbruiken- aan zijn tegenstander vast te klampen."
In zijn column 'And now for the judges' geeft Robinson aan dat de laatste twee weken van de campagne zijn ingaan, maar dat "we nog steeds geen idee hebben hoe Romney de inkomstenbelasting met 20 procent denkt te verlagen zonder de schuld te laten oplopen"..."Hij heeft nog niet de minste poging ondernomen om te demonstreren hoe dit wiskundig gezien kan."
Overigens merkt de Post in een ander commentaar op dat Romney wel degelijk met een strategie en een stijlkeuze naar dit laatste debat was gekomen. "Hij wilde uitstralen dat hij een sobere en bekwame 'Commander in Chief' kan zijn. Hij sloeg een statige toon aan -om daarna geconfronteerd te worden met een agressieve, hakkende tegenstander."
The Wall Street Journal...
...is het met die laatste woorden hartgrondig eens. De krant noemt Romney 'A Perfect Plausible President' in een commentaar met dezelfde titel. Columnist Bret Stephens zag in het laatste verkiezingsdebat vooral een reeks testen voor de beide kandidaten. Conclusie: Romney slaagde glansrijk; Obama ternauwernood. Stephens valt de president aan op zijn opmerkingen dat Israël Amerika's grootste bondgenoot in het Midden-Oosten is. "Dat is een subtiele, maar opmerkelijke verandering ten opzichte van zijn gebruikelijke standpunt dat de joodse staat slechts een van meerdere bondgenoten is," aldus Stephens, "Joods-Amerikaanse kiezers zijn al eens in dit soort gevlij getrapt. Zal dat weer gebeuren?"
De krant zag daarentegen wel een geloofwaardige Romney. Stephens stelt met een licht gevoel voor overdrijving dat hij "een visie bood van sociaaleconomische vooruitgang in het Midden-Oosten, die zo onweerstaanbaar was, dat zelfs een vrijwilliger van het Peace Corps trots zou zijn."..."Het enige wat Mitt moest doen, was redelijk klinken. En daar slaagde hij in."