Ministers eens over Fins onderpand
De Europese ministers van Financiën zijn het eens geworden over een onderpand voor de Griekse leningen van Finland. Volgens betrokkenen zijn de voorwaarden zo onaantrekkelijk gemaakt dat waarschijnlijk geen enkel ander euroland ook een onderpand zal eisen.
In ruil voor de 1,4 miljard euro die Finland beschikbaar stelt, zullen de Grieken honderden miljoenen euro's in een waarborgfonds storten. Dit geld zal Finland, via een tussenpartij, investeren in veilige obligaties van andere landen met een triple-A-status. Als Griekenland failliet gaat, kan Finland dat geld opeisen.
Dat spraken de ministers van Financiën van de eurolanden gisteravond af op een bijeenkomst in Luxemburg, waar nog geen besluit genomen werd over het toekennen van een nieuwe lening aan Griekenland.
'Geen fantastische deal'
"Het klinkt aantrekkelijk, maar dat valt tegen", zegt correspondent Joris van Poppel over het onderpand voor Finland. "Het is zo onaantrekkelijk mogelijk gemaakt, omdat het niet de bedoeling is dat andere landen het ook gaan eisen. Dat kunnen ze wel doen, maar als dat gebeurt, kan Griekenland dat niet meer betalen en heeft dat hele systeem van geld lenen aan Griekenland helemaal geen zin meer."
"Het onderpand gaat de Finnen veel geld kosten", zegt Van Poppel. Zo mag Finland de rente op de lening niet zelf houden: "De rente-inkomsten van dat waarborgfonds worden afgeroomd, Finland moet veel sneller dan andere eurolanden geld lenen aan Griekenland en afgesproken is dat Finland het onderpand pas na vijftien jaar terugkrijgt. Dus onderpand? Ja. Fantastische deal? Niet echt."
'Liever niet'
Met dat verhaal zal minister De Jager van Financiën ook naar de Tweede Kamer stappen. "Iedere lidstaat heeft het recht deze deal te nemen. Wij moeten dat nu ook beslissen, maar ik vind het zo onaantrekkelijk dat ik het parlement zal adviseren: liever niet", zegt de minister.
Kortgeleden zei premier Rutte nog wel iets voor zo'n onderpand te voelen, maar volgens De Jager ging dat niet om het onderpand zelf, maar om het principe van het aanbod. "We willen gelijkberechtiging. Dat is een fundamenteel principe van het internationaal recht. We hebben nooit om een onderpand gevraagd, maar toen Finland het aangeboden kreeg, wilden wij daar ook recht op. Nu krijgen alle zeventien lidstaten het aangeboden, dus aan die eis is voldaan."